De kunst van het kruiden
Proeven, proeven en nog eens proeven
- Wees matig. Snuifje per snuifje, druppel per druppel… Je kunt altijd nog zout, peper, suiker of citroensap toevoegen. Wegnemen achteraf is moeilijker.
- Let op voor de verzadiging van je smaakpapillen. Als je te veel dingen na elkaar proeft, worden ze moe.
- Kies het juiste moment om te kruiden. Bij gerechten met een lange gaartijd, zoals soepen en stoofpotten, kruid je het beste aan het begin. Zo kunnen de verschillende smaken zich tijdens het koken mengen. Bij alle andere schotels kruid en proef je beter aan het einde.
- Breng je maaltijd in balans en denk na over de combinaties. Een saus of dressing moet stevig doorsmaken, want ze zal getemperd worden als je ze bij vlees, pasta of een salade serveert. De vulling van een quiche of gehakt parmentier wordt zachter in combinatie met bladerdeeg. Puree met een lauw of koud bijgerecht, verliest deels zijn smaak.
- Nog altijd onzeker? Neem dan eerst een lepel, proef, kruid dan bij, proef opnieuw en vergelijk.
Lees ook:
- Altijd verse kruiden bij de hand!
- Verse kruiden langer bewaren? Zo doe je dat!
- Alles over verse tuinkruiden
Bron: Libelle Lekker. Beeld: Corbis