Fotografe Lieve Blancquaert leerde op een andere manier naar het moederschap kijken

Door De Redactie

Het moederschap begint bij iedereen op dezelfde manier: met een geboorte. Lieve Blancquaert (53) maakte er al honderden mee. Twee van haarzelf, de andere als toeschouwer voor haar project Birth Day.

Per dag worden in de hele wereld 374.501 kinderen geboren. Het is fotografe en documentairemaakster Lieve Blancquaert zelf die met het cijfer voor de dag komt. Voor haar boek en televisieprogramma Birth Day reisde ze twee jaar de wereld rond, van Groenland tot China, om het begin van alle leven te registreren. Ze maakte talrijke keren de mooiste en meest ingrijpende menselijke transformatie mee: die van vrouw naar moeder.

“Ik ben ervan overtuigd dat er twee soorten mensen in de wereld bestaan. Zij met kinderen, en zij zonder. Daarmee spreek ik geen waarde-oordeel uit. Ik zeg niet dat je gelukkiger of ongelukkiger bent met kinderen. Maar mensen mét kinderen staan wel anders in het leven.”

Grote verandering

Hoe heeft het moederschap jou veranderd?

“Kinderen brengen een verpletterende verantwoordelijkheid met zich mee. Het moederschap heeft mij op een totaal andere manier naar de wereld doen kijken. Ik besefte dat mijn kinderen in het beste geval nog zo’n honderd jaar op deze planeet zullen wonen. Het milieu, oorlogen, onze maatschappij: ik begon alles in vraag te stellen. En ook mezelf, ja. Als je kinderen hebt, is niets nog vrijblijvend.”

Mis je soms de vrouw die je was voor je kinderen had?

“Absoluut. Meer zelfs: als ik geweten had dat het moederschap me zo zou veranderen, had ik de stap misschien niet durven zetten. Maar mijn kinderen zijn ondertussen 18 en 19 jaar en ik heb mijn weg gevonden. Het heeft wel even geduurd. Ik ben geen geboren moeder. Kleine baby’s zijn nooit mijn ding geweest. Het eerste jaar vond ik lastig: die onderbroken nachten kon ik écht niet aan. Ik ben die periode alleen doorgekomen omdat Nic (Balthazar, haar man, red.) zo’n geweldige papa is en omdat we na een tijdje een systeem hadden waarbij we nacht om nacht verantwoordelijk waren voor de kinderen.

“Als het mijn nacht niet was, sliep ik zonder schuldgevoel met oordopjes. En mijn kinderen zijn altijd goed omringd door mensen die hen graag zien. Mijn schoonouders, Nic, vrienden en familie. Doordat ik wist dat ze geweldig opgevangen werden, kon ik gemakkelijk loslaten. Als ik drie weken in Afghanistan zat, ging het leven thuis gewoon door. Het klinkt misschien cru, maar als ik morgen doodval, wéét ik dat ze toch mensen hebben die klaarstaan voor hen. Dat is een ongelooflijk geschenk waar ik dankbaar gebruik van gemaakt heb.”

Geen euforie

Je hebt heel wat bevallingen van anderen meegemaakt. Hoe waren die van jou?

“Bij Marthe, mijn eerste, werd de bevalling ingeleid. Volgens de dokter was ze te zwaar en moest ze er zo snel mogelijk uit. Vandaag zou ik durven te protesteren, maar het was mijn eerste kind, dus ik wist van niets. Na 24 uur weeën had ik tien centimeter ontsluiting. Pas dan zagen de dokters dat Marthe een te groot hoofd had en nooit op de natuurlijke manier geboren zou kunnen worden. Haar hoofd zat vast in het geboortekanaal, ze kon geen kant meer op. Mij kon het op dat ogenblik niets meer schelen. Echt, of er een hond of een schaap uit was gekomen, ik wilde gewoon dat het voorbij was. Het werd uiteindelijk een spoedkeizersnede.”

“Het voelde alsof ik vol goede moed de Ronde van Frankrijk aan het rijden was en dat ze vlak voor de eindstreep mijn banden hadden platgezet. Een behoorlijk traumatische ervaring. Mijn tweede bevalling werd opnieuw een keizersnede. Er zat maar vijftien maanden tussen Marthe en Boris, en de dokters vonden het veiliger zo. Dat ik het wonder van een natuurlijke bevalling nooit heb meegemaakt, vind ik jammer. Ik heb nooit de euforie gevoeld die ik later zo vaak heb gezien.”

Foto: Ann De Wulf

Heeft dat meegespeeld om een boek te maken rond geboortes?

“Nee. Dat gevoel lag al ver achter mij, ik heb ook geen seconde aan mijn eigen bevalling gedacht tijdens het maken van Birth Day. Ik kreeg het idee toen ik een documentaire maakte voor Vranckx over de moeder- en kindersterfte in Congo. Omdat het vliegtuig, zo’n klein tweedekkertje, pas een week later terug zou komen, zat ik vast op een materniteit in een onooglijk dorpje. Daar heb ik gevoeld wat voor een magische plek een materniteit is. Dé ideale plek om een cultuur te leren kennen, een plaats waar geen ruimte is voor theater en iedereen op scherp staat. Je krijgt een heel eerlijk verhaal. Wat is het om vrouw te zijn, wat betekent het om als jongen of als meisje geboren te worden, wat zijn de rituelen: de geboorte van een kind brengt alles samen, ook de problemen van een maatschappij.”

Is er een bevalling die je altijd zal bijblijven?

“Die van Neza, daar in Congo. Ze was al vijf keer zwanger geweest, maar had nog maar één kind levend ter wereld gebracht. Ze kwam op maandag aan in de materniteit. Hoogzwanger, op blote voeten en met een plastic zakje in de hand. Ze had zeven uur gestapt, omdat ze haar kind niet meer voelde bewegen. Een vroedvrouw luisterde met een plastic hoorn naar haar buik en ik zag aan haar lichaamstaal dat ze geen hartslag hoorde. De vroedvrouw zei dat ze vrijdag moest terugkomen voor verder onderzoek. En Neza vertrok, opnieuw zeven uur naar huis. Dat was zo confronterend.”

“In België zou er direct ingegrepen worden en zou je een antwoord én mentale ondersteuning krijgen. Ik maakte me kwaad, iets wat ik normaal nooit doe, omdat ik vind dat je als journalist alleen maar mag registreren en nooit ingrijpen. Maar ik kon me niet inhouden. “Hoe wil je dit oplossen?”, zei de vroedvrouw. “We hebben benzine om één keer per week de generator aan te steken en echo’s te nemen. Dat gebeurt op vrijdag. Dus moet ze wachten tot vrijdag.” Ze voegde er nog aan toe dat het kind toch gestorven was, dus dat snelheid niet meer nodig was. Dat was keihard.”

Is Neza die vrijdag teruggekomen?

“Ja, en ze is inderdaad bevallen van een dood kindje. Voor haar al de vierde keer. In onze maatschappij hebben we een toelating gekregen om emoties te tonen. In Afrika niet. Neza was compleet onder controle. Ze baarde het kind en heeft er zelfs niet naar gekeken. Haar moeder heeft het in een doek gewikkeld en kreeg de boodschap het zo snel mogelijk ‘ergens’ te gaan begraven. En dan ging Neza weer weg. Plastic zakje in de hand, opnieuw op blote voeten. Een vreselijk beeld.”

Kun je dat begrijpen? Dat je als moeder zo reageert?

“Ik begrijp dat heel goed. Dat is overlevingsinstinct, geen keuze. Mijn zoon is drie dagen na zijn geboorte heel ziek geworden. Zo ziek dat de dokters zeiden dat het kantje boordje was. Ik had een reactie die ik nooit had kunnen voorspellen: ik was kwaad op hem. Op die baby, die ik zo graag zag vanaf de eerste seconde. Maar ik had thuis nog een dochter van nog geen anderhalf jaar en dacht: dit kan ik niet aan. Ik heb heel mijn moederhart teruggenomen en ben naar huis gegaan. Dat was geen rationele beslissing. Ik heb er niet voor gekozen om hem de rug toe te keren. Dat was puur instinctief. Nic is bij hem gebleven, ik heb thuis gezeten met Martha. Pas toen ze me vertelden dat hij het zou overleven, kon ik mijn hart terug aan hem geven. Elke moeder zal anders reageren, maar ik zal dus nooit een oordeel vellen.”

Tranen van ontroering

Bevallingen zijn sowieso emotioneel. Hoe ga jij om met die gevoelens?

“Ik ben een bleitkop. Je zult me dat niet in beeld zien doen, omdat ik niet vind dat het om mij gaat. Maar ik heb vaak gehuild. Pas op, mijn mannelijke cameramannen ook. Da’s normaal. Je maakt een ongelooflijk intens moment mee en bouwt in heel korte tijd een hechte band op met de moeder. Als een baby dan niet direct huilt, leef je mee. En zorgt de eerste schreeuw ook voor ons voor een grote ontlading. Maar wat nog het meest ontroerende is, is de kracht van een vrouw tijdens de bevalling. Een kind baren is niet minder dan een wonder.”

“Als alles goed verloopt, kan elke vrouw alleen bevallen. In het Puwmani ziekenhuis in Nairobi worden per dag 130 baby’s geboren, allemaal in één zaal. Moeders liggen soms met twee in bed, lepeltje lepeltje. Niemand klaagt, vrouwen schuiven zonder morren op. Drie vroedvrouwen lopen als een gek tussen de bedden door, moeders trekken hun eigen kind uit zich. Dat is keihard, maar ook van een enorme kracht. Het doet je beseffen hoe verwend we zijn. Wij vinden het al bijna gek als we op een tweepersoonskamer liggen na de bevalling.”

Zijn er moeders die je bijblijven?

“Tania. Zij beviel in Siberië in een staatsziekenhuis van een gigantische baby. 5,6 kilo, het lelijkste kind dat ik ooit gezien heb. Tania was helemaal alleen en tijdens die loodzware bevalling heb ik haar hand vastgehouden, haar aangemoedigd, mee geduwd, gepuft en gesteund. We konden elkaar niet verstaan en toch was ze blij dat ik er was. Een heel intense ervaring.”

Je hebt bevallingen van arme vrouwen meegemaakt, maar ook van een dochter van een sjeik. Hoe was dat?

Surrealistisch. Miriam uit Koeweit beviel in een gigantische kamer die ze had ingericht met haar eigen meubelen. Ze werd omringd door personeel, was perfect geschminkt en lag volledig bedekt in het kraambed. Haar onderlichaam was volledig verdoofd, zodat ze geen pijn zou hebben. Een scherm zorgde dat niemand haar zou zien, ik stond met haar moeder en zussen daarachter. De toekomstige vader stond buiten te wachten op toelating van de schoonmoeder om binnen te komen eens het kind er was. Nog gekker was het kraambezoek. Zij lag daar in haar perfect opgemaakte bed omringd door gouden kussens, de baby lag in een andere kamer. Als iemand het kind wilde zien, zette Miriam de televisie aan en kon je het kind volgen via een webcam.”

 Wat vonden de mannen van je aanwezigheid?

“In de meeste landen zijn er geen mannen tijdens de bevalling. In Kenia vroeg een groep vrouwen me hoe een bevalling in België loopt. Ik zei dat onze mannen hun gsm altijd bij moeten hebben, zodat we hen kunnen verwittigen als de bevalling begint. ‘En wat doet je man dan?’, vroegen ze. Ik vertelde dat hij mijn hand vasthield en dat hij een belangrijke steun was. ‘Maar wat doét hij dan?’, bleven ze aandringen. Die begrepen dat echt niet, want inderdaad, een man doet behoorlijk weinig tijdens een bevalling. Wat ze nog gekker vonden: ‘Hoe heeft je man nog seks kunnen hebben met jou nadat hij die bevalling gezien heeft?’ Ze kwamen niet meer bij van het lachen.”

Niet stressen

Heeft het maken van Birth Day je veranderd?

“Absoluut. Op alle mogelijke manieren. Ik had vroeger vooroordelen. Net zoals velen dacht ik: waarom nog kinderen maken als je al in de miserie zit. Maar nu begrijp ik het. Voor mensen die in de problemen zitten, zijn kinderen een reden om te blijven leven. En als je kinderen blijven leven, heb je ook mensen die om jou geven.”

Tekst: Lisa Gabriëls

Foto’s: Ann De Wulf

Bron: Libelle 19

 

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."