Hoe krijg je een krokant kaaskorstje? De beste tips voor perfect gratineren
Wil je weten hoe je een mooi krokant kaaskorstje krijgt op witloof, lasagne, puree of ovenschotels? Het geheim zit in de juiste kaas, minder vocht, fijn raspen en kort gratineren onder de grill. Met deze tips krijg je altijd dat goudbruine, knapperige laagje waar iedereen zo van houdt.
1 Kies de juiste kaas
Welke kaas smelt het best voor een krokant korstje?
Kies liefst voor een halfharde kaas met een hoog vochtgehalte en een gemiddelde zuurtegraad zoals Fontina, gruyère, emmentaler, raclettekaas of cheddar. Voor een elastisch, draderig resultaat is mozzarella ideaal, bijvoorbeeld voor pizza of nacho’s.
Welke kazen werken minder goed?
Er zijn ook kazen die minder geschikt zijn om te gratineren. Harde oude kazen zoals goudse kaas, Brugge Oud en parmezaan bijvoorbeeld. Deze kazen rijpen langer, waardoor ze harder en brokkeliger worden. Lekker dus op de borrelplank of kaasschotel, maar minder ideaal om te smelten omdat ze minder vocht bevatten. Schapen- en geitenkazen zoals feta en halloumi neigen eerder naar ‘zweten’ in plaats van lekker te smelten. Ook deze zijn dus minder geschikt om te gratineren. En tot slot is er ook nog verse kaas: dit zijn niet-gerijpte kazen zoals roomkaas, ricotta en cottage cheese. Ze hebben een zachte textuur en smelten niet bij verhitting. Ideaal om te gebruiken als vulling, maar dus minder als korstje.
Kun je ook kazen mengen?
Dat sommige kazen minder goed smelten wil niet zeggen dat je ze niet kunt gebruiken om te gratineren. Probeer bijvoorbeeld eens verschillende soorten kazen te mengen: vul gruyère of emmentaler, die van zichzelf goed smelten, aan met parmezaan, die minder goed smelt maar wel veel smaak geeft. Ook heel lekker! 70% gruyère of emmentaler + 30% parmezaan is perfect.
2 Zorg ervoor dat je gerecht niet te nat is
Te veel vocht zorgt er namelijk voor dat je kaas niet krokant wordt, maar gewoon smelt. Maak een dikke saus en strooi daarover de kaas, of strooi de kaas rechtstreeks over de te gratineren ingrediënten.
3 Rasp de kaas (zelf) fijn
Hoe fijner de kaas geraspt is, hoe beter je ‘m over je gerecht kunt verdelen en hoe mooier en gelijkmatiger de kaas zal bruinen. Rasp de kaas liefst ook zelf: aan geraspte kaas die je in de winkel koopt wordt vaak zetmeel toegevoegd dat ervoor zorgt dat de kaas minder klontert, maar ook dat het korstje minder goed bruint. En, hoe graag je ook kaas lust, maak het korstje liever wat dunner dan te dik. Een te dikke laag kaas wordt niet krokant.
4 Leve de grill
Je kent dat wel: de witloofrolletjes met kaassaus staan al lang in de oven, je hebt honger, maar er is nog altijd geen korstje. Dan is de grillstand van je oven de redder in nood. Drie à vijf minuutjes onder de grill op 220 à 250°C zijn voldoende. Blijf zeker in de buurt van de oven, want dit kan ineens snel gaan.
5 Nog heel even wachten
Schep niet meteen op wanneer het gerecht uit de oven komt, maar laat het nog enkele minuutjes staan. Zo kan de kaas weer wat hard worden en krijg je dat krakende korstje.
