
Elise en Jan waren nog maar enkele maanden een koppel toen ze borstkanker kreeg.
Een blik vol medelijden
Elise (32): “Jan en ik werden tijdens de eerste lockdown aan elkaar gekoppeld, en op 1 mei 2020 kregen we een relatie. We zaten op een zorgeloze wolk, tot we zes maanden later in het oog van een kankerstorm terechtkwamen.
Op 11 november van dat jaar voelde ik een knobbeltje in mijn rechterborst. Dat knobbeltje deed geen pijn en leek de onschuld zelve, maar mijn mama was er minder gerust in en drukte me op het hart om onmiddellijk een afspraak bij mijn huisarts te maken. De dokter dacht in de richting van een ontstoken klier of een cyste, twee scenario’s die mij stukken realistischer leken dan het idee dat ik op 28-jarige leeftijd borstkanker zou hebben.
Maar ik werd voor alle veiligheid toch doorverwezen voor een echografie. Toen de radiologe tijdens het onderzoek plots vol medelijden naar mij en mijn ontblote bovenlijf keek en vervolgens vroeg hoe oud ik was, voelde ik de bui al hangen. ‘Het is een goed- of kwaadaardig gezwel. Een biopsie zal het moeten uitwijzen’, zei ze.
Jan en ik probeerden vooral om zo positief mogelijk te blijven. Er was maar één weg en dat was rechtdoor
Exact een week later vernam ik dat er een hormoongevoelige tumor in mijn borst zat en mocht ik al op consultatie bij een gynaecoloog-oncoloog, die me een idee gaf van wat me te wachten stond. Nadien bracht ik mijn ouders en zus op de hoogte, om uiteindelijk ook bij Jan de bom te droppen.
Wat borstkanker voor onze prille relatie zou betekenen, was een vraag waar Jan en ik destijds niet bij stilstonden. We probeerden vooral om zo positief mogelijk te blijven. Er was maar één weg en dat was rechtdoor. Net voor de kerstperiode startte ik met mijn behandelplan. Twaalf chemokuren krijgen en mijn haar, wimpers en wenkbrauwen verliezen, vond ik al best pittig. Maar antihormonale therapie – waarbij je vijf tot tien jaar medicijnen moet nemen die de vrouwelijke hormonen oestrogeen en progesteron blokkeren – was nog een ander paar mouwen.
De ultieme relatietest
Hierdoor belandde ik in een kunstmatige menopauze en had ik stemmingswisselingen om u tegen te zeggen. Ze zeggen weleens dat verbouwen de ultieme relatietest is, maar dat is niets in vergelijking met wat Jan en ik hebben doorstaan. Door de medicatie zakte mijn gemoed ver onder het vriespunt. De opgewekte Elise was weg, ik was amper nog in staat om te functioneren.
Bovendien voelde ik me door alle lichamelijke veranderingen – ik was opgeblazen en bleef achter met een halve borst – lelijker dan lelijk. Desondanks bleef Jan mijn rots in de branding. Hoewel hij ook worstelde, liet hij mijn kwaadheid en verdriet toe. Waar mogelijk probeerde hij de situatie enigszins te verlichten. Tijdens die periode heb ik het bloed vanonder zijn nagels gehaald. Hoewel ik me daarvan bewust was, zat ik zo vast dat zelfs mijn liefde voor Jan me niet kon helpen.
Er waren momenten waarop ik eraan dacht om te stoppen. Maar ik leerde dat er niets mooiers is dan jezelf terug te vinden met iemand die tijdens het hele proces naast je is blijven staan
Zowel Jan als ik moesten leren omgaan met een nieuwe realiteit. We moesten én over onze eigen gevoelens waken én proberen te voorkomen dat we elkaar onderweg zouden kwijtraken. Dat is veel om te verwerken. Er zijn momenten geweest waarop ik eraan dacht om de handdoek in de ring te gooien. Ik had het gevoel dat ik mezelf moest heruitvinden en vroeg me af of dat wel kon bij Jan. Maar ik leerde dat er niets mooiers is dan jezelf terugvinden met iemand die tijdens het hele proces naast je is blijven staan.
Vandaag zou ik zelfs durven te beweren dat de borstkanker ons gered heeft. Zonder mijn ziekte zouden Jan en ik misschien geen koppel meer zijn. Het werd onze gemeenschappelijke vijand, die we met zwarte humor, zoals mopjes maken over onze kale knikkers, probeerden te verdrijven.
Leven in het nu
Intussen werd ik medisch stabiel verklaard, al ben ik nog niet voorgoed van de medicatie verlost. In overleg met mijn oncoloog ben ik wel tijdelijk gestopt met antihormonale therapie, omdat ik graag zwanger wil worden. Dit kan met een gerust hart, want uit onderzoek blijkt dat er op korte termijn geen grotere kans op herval is. Aangezien een hormonenbehandeling de tumor mogelijk zou voeden, is er destijds geen eicelpick-up gebeurd, dus ik hoop vurig dat mijn behandelplan mijn eierstokken voldoende heeft beschermd en dat Moeder Natuur meewerkt…
Hoe dan ook: Jan en ik hebben een veel sterkere band gekregen, een connectie die er zonder het K-monster niet zou zijn. Ik kan me niet inbeelden dat ik dit had moeten doormaken zonder Jan aan mijn zijde. Niet elke man zou het geduld hebben dat hij met mij had – mij laten razen wanneer mijn hoofd te vol zat en die driftbuien tolereren.
Mijn ziekte heeft alles in een ander perspectief geplaatst. Jan en ik leven vooral in het nu. Als we last minute naar zee willen of een rondreis met de caravan door Zweden willen maken, doen we dat gewoon, net omdat we aan den lijve hebben ondervonden dat het in een vingerknip kan keren. Voor ons is niets meer vanzelfsprekend, maar als we van iets zeker zijn, is het wel van elkaar. Een kindje zou dan ook de kers op de taart zijn.”
Tekst: Marijke Clabots
Nog meer openhartige verhalen
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!