Annick

Over je rug rechten als het lastig is

“Ja, natuurlijk hebben we pech met die brand. En ik kan me erg druk maken, maar deze keer doe ik dat niet”

Annick Ruyts werkte jarenlang voor VRT, nu schrijft ze vooral. Samen met Walter woont ze deels in hartje Brussel en in een Ardens dorpje. Ze heeft twee zonen en een plusdochter.

Over je rug rechten als het lastig is

Het was al een hele tijd gepland dat ik deze week in schrijfquarantaine zou gaan in de Ardennen. Ik werk mee aan een boek en dat moet over twee weken klaar zijn. Daarom zou 
ik me vijf dagen alleen terugtrekken in ons Ardennenhuis. Ik plande lange uitgestrekte dagen die ik alleen zou vullen met schrijven, wandelen, boetseren en koken. Het leek me één grote weldaad. Maar de brand stak er een stokje voor. 


Dus nu zit ik hier, en ons huis stinkt verschrikkelijk. Er is een schoonmaakfirma bezig die alles poetst, alle roet van 
de muren veegt en helaas ook enkele valse plafonds moet afbreken. Ik kan nog wel in de keuken zitten en werken lukt ook nog wel, maar de rust die ik zo nodig heb, vind ik hier maar moeilijk. Ons huis is tegelijk vochtig van het bluswater en stoffig van de rook. Al onze matrassen moeten weg, en alle textiel zit in grote zakken om professioneel te laten reinigen. Alleen de keuken is nog helemaal van mij.

Als we de rest van de zomer niet naar ons plekje kunnen, dan doen we eens een zomer lang uitstapjes. De trein op, en kijken waar we terechtkomen

De buren met de tuin die aan de onze grenst, en die ook 
in Brussel wonen, laten meteen weten dat ik hun huis mag gebruiken. We hebben een sleutel van hun achterdeur. Eerst was ik niet van plan om op hun aanbod in te gaan, maar noodgedwongen ga ik er toch slapen, na deze dag vol gemengde emoties. Want ik baal, omdat ons huis, dat na vier jaar eindelijk af was en klaar om van te genieten, nu weer weken een werf zal zijn. Tegelijk ben ik opgelucht dat ik 
in goede handen ben met de firma die bezig is. Mijn stemming wisselt nogal en ik verwacht dan ook dat ik geen oog zal dichtdoen.

Wanneer het begint te schemeren, tjok ik door onze tuinen en ga bij de buren binnen via de achterdeur. 
Ik installeer me in een kamer op de eerste verdieping en begin op mijn computer naar Bridgerton te kijken, voor 
mij de perfecte afleiding. Maar ik val bijna onmiddellijk in slaap. De volgende ochtend ben ik heel vroeg wakker, en besef ik dat ik eigenlijk wel een goede nacht heb gehad. De zon schijnt binnen en wanneer ik voor het raam ga staan en naar het uitzicht kijk, voel ik me gezegend. Ik kijk uit op de prachtige tuin en de weidse velden in de vallei erachter.

Gedeelde liefde

Dit is de plek waar ik zoveel van hou. En onze buren delen die liefde. Terwijl ik daar zo sta, denk ik aan wat er gebeurd is. Ja, natuurlijk hebben we pech. Maar we zijn verzekerd, alles lijkt goed te lopen. Een brand zien is heftig, maar wanneer ik naar het huis van de buurman kijk, dan zie ik pas hoeveel heftiger het had kunnen zijn. Er is veel om over te klagen, maar nog veel meer om blij over te zijn. Ik neem me voor om dat gevoel vast te houden. Mijn rug te rechten en van alles hier het beste te maken.

Fluitend stap ik naar ons huis en maak koffie voor de mensen die komen poetsen. Ik sla een praatje en ook zij trekken fluitend naar boven. Ik zet me aan tafel en focus op wat ik wil doen die dag. Walter belt. Een buurvrouw brengt eerst warme wafels, kort daarna heerlijke radijzen. In mijn hoofd blijft de zon schijnen, al regent het ondertussen buiten. Walter belt nog een keer. Er komt een expert langs die me verzekert dat de schade allemaal wordt hersteld en vergoed. Later op de dag blijkt dat ons dak toch meer schade heeft opgelopen dan op het eerste gezicht leek. Kalm en geduldig vraag ik om uitleg. Walter belt een derde keer en wanneer ik hem zeg dat alle experts die ons huis moeten zien zijn langsgekomen, beslist hij om me die dag nog te komen halen. 


Ondanks alles zijn we vooral gelukkig dat ons huisje nog kan opgebouwd worden. We moeten gewoon geduld hebben


Nu zit ik weer aan mijn bureau in Brussel. Nee, het loopt niet zoals ik het had gepland. En ik ben iemand die zich daar heel druk in kan maken. Maar ik doe het niet. Ik weiger om naar de negatieve kanten te kijken. We gaan hier het beste van maken. Als we de rest van de zomer niet naar ons plekje kunnen, dan doen we eens een zomer lang uitstapjes. De trein op, en kijken waar we terechtkomen. Beseffen dat we geluk hebben dat ons huisje ondertussen weer opgebouwd wordt en we gewoon even geduld moeten hebben. Dat dit 
gewoon weer zo’n rollercoastermoment is, zoals er zoveel zijn. En dat alles wel weer goedkomt.

Meer lezen van onze columnisten?

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."