Annick

“Jarenlang heb ik met zoveel plezier gekookt. En plots, nu ik hele dagen thuis zit, is alle vreugde weg”

Annick Ruyts werkte jarenlang voor VRT, nu schrijft ze vooral. Samen met Walter woont ze deels in hartje Brussel en in een Ardens dorpje. Ze heeft twee zonen en een plusdochter.

Ik ben dol op koken. Echt alles eraan vind ik leuk. Het bedenken en uitpluizen van recepten, het zoeken naar ingrediënten, het snijden, het marineren, het bakken en natuurlijk ook het opeten.

Ik durf mezelf een avontuurlijke kok te noemen, want voor mijn televisieprogramma’s ‘Grenzeloze Liefde’ en ‘We are from Belgium’ heb ik de halve wereld afgereisd en van overal bracht ik recepten en kookgerei mee. In onze keuken vind je dus houten potjes uit Senegal, een Chinese roerlepel, een fruitschaal uit Cambodja…

Zaterdagochtend is een heerlijk moment om recepten te verzinnen voor de komende week. Met een koffietje, een paar kookboeken en mijn computer maak ik menu’s

Het keukengereedschap weerspiegelt ook mijn voorkeur voor ‘vreemde keukens’. Er is niks mis met aardappelen, vlees en groenten, maar ten huize Ruyts mag het uitheemser. Ik verdiep me gewoon graag in de keuken van andere landen. Wanneer er bijvoorbeeld vrienden komen eten, kies ik vaak een bepaalde plek uit en kook dan alles in dat thema.

Kookboeken zijn voor mij het ideale cadeau. Urenlang kan ik erin snuisteren en mezelf helemaal verliezen. Ook het internet is een eindeloze bron van inspiratie. Soms tik ik gewoon drie ingrediënten in op mijn computer en kijk wat er dan allemaal wordt aangeboden. Ik verveel me nooit.

Zaterdagochtend is een heerlijk moment om recepten te verzinnen voor de komende week en inkopen te doen. Met een koffietje, een paar kookboeken en mijn computer maak ik menu’s. Dankzij die menu’s kon ik, toen ik nog fulltime werkte, toch elke dag gezond en vers eten op tafel zetten. In weinig dingen was ik zo gestructureerd als in mijn weekmenu’s.

Ik heb geen inspiratie, het zegt me niets om in de keuken te staan en ik heb nul interesse in gerechten, menu’s of ingrediënten. Alsof ik mijn werk nodig had voor kookplezier

Koken heeft nog een tweede functie: het was de buffer tussen een drukke werkdag en de avond. Wanneer ik thuiskwam, kroop ik meteen de keuken in, zocht een fijne playlist op Spotify en begon aan het avondmaal. Het bracht rust in mijn hoofd – alsof door het snijden van groenten en het mengen van kruiden alle indrukken van de dag mooi geordend werden. Koken was een echt zen-moment. En na het eten en de afwas strekte de avond zich voor me uit. Ik had alles van me ‘afgekookt’ en stress of moeilijkheden op het werk werden mee weggespoeld met het afwaswater.

Tot dat werk wegviel en ik nu dus opeens hele dagen thuis zit. Plots heb ik zeeën van tijd om recepten te verzinnen, inkopen te doen en heel uitgebreid te koken. Maar ik heb er geen zin in. Jarenlang heb ik met zoveel plezier gekookt en nu is alle vreugde weg. Ik heb geen inspiratie, het zegt me niets om in de keuken te staan en ik heb nul interesse in gerechten, menu’s of ingrediënten.

Het is alsof mijn werk nodig was voor mijn kookplezier. Dus zeur ik tegen Walter dat hij moet zeggen wat hij wil eten. Ik koop af en toe kant-en-klare gerechten en doe niet veel moeite meer. Dat is me nog nooit overkomen. En het rare is dat ik het niet eens mis en dat ik het niet erg vind.

Dan komen onze buren in Brussel ‘Nieuwjaar’ vieren, schandalig lang na 1 januari. Maanden geleden heb ik enthousiast beloofd om voor iedereen te koken. Daar keek ik de laatste dagen erg tegen op. Ik overwoog zelfs om eten af te halen.

Die middag zet ik voor het eerst sinds lang weer een muzieklijst op – het beste van Burt Bacharach – en het is heerlijk om heupwiegend te koken op zijn muziek. Ik was even een stukje van mezelf kwijt

Maar de zaterdag van het etentje vind ik mezelf plots terug aan de eettafel. Met een kookboek voor mijn neus. Ik lees het recept van een Ottolenghi-salade, één met stukjes gebakken pitabrood en sumak, zoals alleen hij het kan verzinnen. En ineens slaat het vlammetje weer aan en begin ik de gerechten errond te verzinnen. Voor ik het weet, heb ik een heel menu bijeen geschreven en ben ik op weg naar de Marokkaanse groentewinkel.

Die middag zet ik voor het eerst sinds lang weer een muzieklijst op – het beste van Burt Bacharach – en het is heerlijk om heupwiegend te koken op zijn muziek. Ik was even een stukje van mezelf kwijt. Een stuk waar ik niet naar heb gezocht en onverschillig bij bleef. Maar wat ben ik blij dat ik het heb teruggevonden. Dat ik weer die neuriënde vrouw ben die gelukkig wordt van in haar potten te roeren. Ik ben nog stukjes van mezelf kwijt, maar één ding weet ik zeker: als ik ze onderweg tegenkom, zal ik ze allemaal oprapen.

Uit: Libelle 17/2023

Dit lees je vast ook graag:

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van de beste groentips en wooninspiratie!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."