Grootouders bij de opvoeding betrekken: “Geef hen de ruimte, ze hebben zoveel te geven aan onze kinderen”
Kinderen opvoeden is in de eerste plaats de taak van de ouders. Maar ook grootouders kunnen een rol van betekenis spelen bij het grootbrengen van hun kleinkinderen. Ze hebben namelijk heel wat unieke kwaliteiten. Gezinswetenschapper Philippe Noens vertelt er meer over.
Wie is Philippe Noens?
- Docent opleiding Gezinswetenschappen
- Onderzoeker Kenniscentrum Gezinswetenschappen (Hogeschool Odisee)
- Auteur van het boek ‘Mogen we nog wel straffen?’
- Schrijft opiniestukken voor onder andere Knack, De Standaard, De Morgen en Humo.
Grootouders bij de opvoeding betrekken
Hoe kun je grootouders op een natuurlijke manier bij de opvoeding van je kinderen betrekken?
Philippe Noens: “Vroeger ging dat eigenlijk vanzelf. Toen woonde je vaker met meerdere generaties onder één dak, en liep dat samen opvoeden gewoon natuurlijk. Als ouder sprak je je eigen ouders ook niet zo snel tegen als ze op een andere manier met de kinderen omgingen, het verstand zat tenslotte in de grijze haren.
Vandaag verloopt dat toch wat anders. Grootouders zijn doorgaans wat bang om de vertrouwensband met hun kinderen te schaden en zijn vaak wat voorzichtiger geworden om tussenbeide te komen. Ze willen de ouders – hun kinderen – niet voor het hoofd stoten en vragen zich sneller af: ‘Mag ik me hier eigenlijk wel mee bemoeien?’ Alles verandert ook zo snel: normen, ideeën, gewoontes, technologie… Zij hebben nog kinderen grootgebracht zonder internet, en nu zien ze hun kleinkind van drie op een tablet swipen. Dat maakt dat ze soms het gevoel hebben dat hun manier van opvoeden en van denken niet meer helemaal past bij de tijd.
En doordat families ook niet altijd dicht bij elkaar wonen, zien grootouders hun kleinkinderen vaak maar af en toe. Dan wil je vooral genieten van dat moment.”
Opvang en opvoeding vallen niet zonder meer samen. We mogen meer naar grootouders kijken als medeopvoeders, niet alleen als praktische helpers.
Hoe kun je die grootouders toch een plekje geven?
Philippe: “Als we over grootouders praten, dan denken we al snel aan opvang: wie brengt de kinderen naar school, wie vangt ze op na school? Dan hebben we het vooral over grootouders die op rust zijn of deeltijds werken. Veel van die grootouders draaien graag mee in het huishouden van hun kind(eren). Maar opvang en opvoeding vallen niet zonder meer samen. Daarmee doen we grootouders eigenlijk wat tekort.
We zouden opnieuw mogen kijken naar hen als krachtige medeopvoeders, niet alleen als praktische helpers. Ze brengen namelijk iets unieks mee. Ze staan wat verder van het dagelijkse gezin en kunnen daardoor beter relativeren. Ze hebben het namelijk allemaal al eens meegemaakt én ze krijgen een tweede kans om kinderen te helpen groot worden, een die ze vaak met beide handen grijpen.
Daarnaast hebben ze ook praktische opvoedkennis die wij een beetje kwijt zijn. Opa die uitlegt hoe je een band van je fiets plakt, oma die leert kledij herstellen en ondertussen verhalen van vroeger vertelt: dat is geen clichébeeld, dat is pure rijkdom. Uit dat verleden zijn veel lessen te trekken.
Dáár zit hun pedagogische kracht: in de verhalen, de waarden, de tradities die ze belangrijk vinden en willen doorgeven, maar ook in er voor de kinderen zijn – op hun manier, toch een andere manier dan de ouders.”
Ze hebben ook nog de kennis die wij een beetje kwijt zijn: kinderen leren banden plakken, breien… En intussen verhalen van vroeger vertellen. Dat is pure rijkdom!
Opvoedingsstijlen, regels en afspraken
Staat of valt alles met goede afspraken?
Philippe: “Elk huishouden heeft zijn eigen regels, en dat is prima. Als ik bij mijn ouders binnenkom en zij zeggen: ‘Doe je schoenen uit’, dan doe ik dat. Ieder is baas in eigen huis. Zo simpel is het. Onze kinderen zijn flexibel en snappen dat trouwens perfect: ze weten dat bij oma andere dingen mogen en kunnen dan thuis. We moeten niet afdwingen wat de ander hoort te doen in zijn huis. Vertrek vanuit vertrouwen, parkeer dat wantrouwen aan de voordeur.
Wat ook wél belangrijk is, is dat grootouders de ruimte krijgen om het op hun eigen manier te doen. En dat jij als ouder je waardering voor hen uitspreekt en af en toe gewoon zegt: ‘Ik vind het fijn hoe jullie dat aanpakken met de kinderen. Ik steek daar nog iets van op.’ Net zoals ouders hebben ook grootouders bevestiging nodig. En je zult zien: wie vertrouwen geeft, krijgt vertrouwen terug.”
Grootouders moeten ruimte krijgen om het opvoeden op hun manier te doen, maar het blijft ondersteunen. De ouders blijven aan het stuur.
En wat als die stijlen totaal niet overeenkomen?
Philippe: “Het kernprincipe is duidelijk: de ouders blijven aan het stuur. Grootouders ondersteunen, ze leven en opvoeden mee, maar ze leiden de dans niet. Dat principe geeft enerzijds rust aan grootouders: ze zijn niet de eindverantwoordelijke. Maar het zet ook ouders in hun kracht: zij blijven bij uitstek de experts over hun kind(eren).
Belangrijk is vooral dat je de dialoog openhoudt. Je wilt niet aanvallend te werk gaan of verwachten dat grootouders enkel uitvoeren wat jij als ouder ervan vindt of zegt. Een tip: stel je als ouder eens kwetsbaar op. Je kunt perfect vragen: ‘Vorige keer was onze kleine man helemaal overprikkeld toen ik hem bij jullie kwam halen, hij wilde écht niet gaan slapen. Ik kreeg hem niet rustig. Wat kunnen we samen doen om dit te vermijden?’ Daarmee toon je vertrouwen én geef je hen ruimte om mee te denken in plaats van de schuld eenzijdig bij hen te leggen. Denk aan de twee opvoed ‘p’s’: je wordt pas partners als je praat.”
Meer tips voor ouders:
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!