Kimberly koos ervoor om draagmoeder te zijn. Lees hier haar dagboek.

Toen Kimberly het Nederlandse koppel Frits en Joey leerde kennen, voelde ze meteen: hén wil ik aan een kindje helpen. Samen met ons blikt ze terug op de belangrijkste momenten tijdens dit liefdevolle avontuur.

2016 – Wat voorafging

Het is een gekke gedachte dat ik als twintiger droomde van maar één kind. Want na een vlotte zwangerschap en makkelijke baby bleef mijn moederhart groeien, en zo kwamen mijn man en ik uiteindelijk aan een kroost van vier. Bij elke nieuwe zwangerschap had ik versteld gestaan van de krachtprestatie waartoe een lichaam in staat is: van een zaad- en eicel naar een prachtig baby’tje met alles erop en eraan.

In 2016 dacht ik voor het eerst: als mijn zus of beste vriendin moeite zou hebben met zwanger worden, dan schenk ik een eicel. En die kans kreeg ik sneller dan verwacht, toen ik vernam dat mensen uit de buurt een kindje waren verloren door een genetische afwijking waarvan ze allebei drager waren. Ik móést hen helpen, en dat besliste ik, natuurlijk in samenspraak met mijn man, puur op buikgevoel.

Die eiceldonatie werd de mentale voorbereiding voor drie jaar later, het moment waarop ik een stap verder ging en besloot om draagmoeder te zijn

Ik informeerde me over wat er allemaal bij kwam kijken, en kreeg toestemming. Mijn kinderwens was immers voltooid, ik was psychologisch goedgekeurd en genetisch in orde. Niet lang daarna hielp ik een koppel met eiceldonatie. Het zou de mentale voorbereiding zijn voor drie jaar later, het moment waarop ik een stap verder ging en besloot om draagmoeder te zijn voor een ander koppel.

7 mei 2019 – De wens van twee papa’s

Mijn verjaardag. Exact vandaag zie ik een blog passeren van een Nederlands mannenkoppel, Frits en Joey, dat op zoek is naar een eiceldonor. Ik vind het meteen een leuk, sympathiek berichtje dat ze posten: we zijn iets na Pasen en ze hebben het over ‘paaseitjes zoeken’.

Het idee laat me niet los. Met een eicel kan ik die mannen helpen aan een kind

Het idee laat me niet los. Met een eicel kan ik die mannen helpen aan een kind. Waarom zou ik het niet nog een keer doen? Ik neem via Messenger contact met hen op, met de vraag of het ook een Belgische eicel mag zijn. Het is de start van lange conversaties.

We sturen elkaar in de weken daarna veel berichten. Ze polsen naar mijn interesses, mijn waarden en normen. Iedere keer kijk ik verwachtingsvol uit naar hun antwoord. We besluiten af te spreken.

Juni 2019 – De eerste ontmoeting

Ik ben zenuwachtig. Vandaag ontmoeten mijn man en ik Frits en Joey voor de eerste keer. We spreken af aan het Gentse Sint-Pietersstation en zullen samen de dag doorbrengen in de stad. Ook in het echt vallen ze reuze mee, het klikt meteen. Alsof we vorige week nog samen op een barbecue zaten. Ik wil hen zó graag helpen, en ook mijn man deelt dat gevoel.

Als ik nu terugkrabbel, begint hun zoektocht helemaal opnieuw. Maar deze lieve, zelfbewuste mannen overtuigen me helemaal

Ik besef dat ook zij erg zenuwachtig zijn, want als ik nu terugkrabbel, begint hun zoektocht helemaal opnieuw. Maar deze lieve, zelfbewuste mannen overtuigen me helemaal. In de loop van de dag wordt duidelijk dat we voor de inseminatie bij een draagmoeder naar Cyprus zullen moeten reizen, omwille van de Nederlandse en Belgische wetgeving die hierin verschilt.

Alleen, dat ziet mijn man niet zitten. Wat als er daar iets verkeerd loopt? “Dan heb ik je nog liever negen maanden zwanger naast me”, geeft hij heel eerlijk toe. Het doet ons voor het eerst nadenken over draagmoederschap, van mij dan. Ik besluit de kinderen erbij te betrekken en hun mening te vragen. Zonder hun toestemming doe ik het niet.

Juli 2019 – Een ‘ja’ van de kinderen

De kinderen reageren overwegend positief, alleen zoon Mauro moet er even over nadenken. De twee oudste meisjes zeggen meteen: “Tof dat je iemand wilt helpen.” De jongste, op dat moment zes, zegt verrassend: “Ik heb je nog nooit zwanger gezien. Zo kan ik ook eens een baby’tje geboren zien worden. En dan blijf ik toch nog het kleinste keppetje van de familie. Superleuk!” Ik sta versteld van haar wijsheid en veerkracht.

Ik vertel over ons plan aan mijn moeder, broers en zus. Ik krijg eerlijke, gemengde reacties, maar ze brengen me niet op andere gedachten

Ook Mauro draait bij: “Wij zijn met genoeg, mama. Zelfs als het een jongen is, mag de baby naar de papa’s.” Supertrots ben ik op hen. Ik vertel ook over ons plan aan mijn moeder, broers en zus. Ik krijg eerlijke, gemengde reacties, maar ze brengen me niet op andere gedachten. Dit is iets van mijn gezin en dat van Frits en Joey.

Augustus 2019 – Eerste poging

Frits en Joey komen, voor ze samen op vakantie vertrekken, langs voor een eerste poging. We proberen het via zelf-inseminatie, met zaad van een van de papa’s. We hebben op dat moment al een aantal belangrijke dingen op papier gezet via een advocaat.

Eerst en vooral: onze oprechte intenties. We doen dit om elkaar te helpen en we willen dit allemaal tot een goed einde brengen. Ik ben er negenennegentig procent van overtuigd dat Frits en Joey het baby’tje zullen meenemen naar huis, maar stel dat er iets misgaat tijdens de bevalling, dan ligt dat misschien plots anders.

In België staat de wetgeving niet op punt. Want ook al zetten we alles nog zo goed op papier, dat is niets waard

Anderzijds, als biologische moeder zit juridisch alle beslissingsrecht bij mij. Als ik op het laatste nippertje beslis om het kind te houden, dan kán ik dat. In België staat de wetgeving op dat vlak niet op punt. Want ook al zetten we alles nog zo goed op papier, dat is niets waard, mocht het in het slechtste geval toch tot een rechtszaak komen. Er is veel vertrouwen tussen ons, maar per definitie blijft het onzeker tot aan het adoptiemoment.

10 september 2019 – Het is gelukt!

Ongelooflijk nieuws. Het blijkt meteen raak, maar dat weten de toekomstige papa’s nog niet. Wanneer we hen na hun verlof terugzien – we spreken af in een Italiaans restaurant – heb ik een cadeaudoos meegebracht voor hen. Ze maken de strik los en halen mijn positieve zwangerschapstest eruit. De verrassing is compleet, de ontroering groot. Het is een prachtig moment, de start van een bijzonder avontuur.

Oktober 2019 tot februari 2020 – De eerste zwangere maanden én controles

Ik weet niet hoe het komt, maar ik ben me veel bewuster van deze zwangerschap dan van de voorgaande. Alle focus gaat naar mijn bolle buik. Ik sta meer stil bij hoe ik autorij, hoe ik beweeg, ik ben in het algemeen veel voorzichtiger. Bij mijn vorige zwangerschappen spoelde ik mijn groenten twee keer, nu drie keer.

Maar ik geniet ook. Ik ben gráág zwanger, en ook al draag ik het kindje nu voor iemand anders, ik neem ook niet té veel afstand. Ik praat vaak met de baby in mijn buik, een tip van mijn vroedvrouw. Zeker wanneer ik emotioneel ben, vertel ik wat er door me heengaat.

We weten intussen dat het een meisje wordt. Frits en Joey zijn erg met me begaan. Als ze schopt in mijn buik, dan laat ik hen voelen

Mijn kinderen leven mee en verwennen me af en toe met een fruitsalade of wrijven mijn buik in. Ik word goed opgevolgd door mijn vroedvrouw en huisarts, wat hij ook deed bij mijn vorige zwangerschappen. Toen ik hem over ons draagmoederplan vertelde, moedigde hij me aan: “Als iemand van mijn patiënten dat kan, dan ben jij het.”

Joey en Frits komen van Nederland naar West-Vlaanderen om mee naar de consultaties te gaan. Het zijn telkens bijzondere momenten. We weten intussen dat het een meisje wordt en dat ze het goed doet. Frits en Joey zijn erg met me begaan. Als ze schopt in mijn buik, dan laat ik hen voelen.

13 maart 2020 – De domper die corona heet

We gaan de laatste maanden van mijn zwangerschap in onder strenge coronamaatregelen. In België is er een lockdown, in Nederland nog niet. Joey en Frits snappen niet goed waarom ze niet meer mee mogen naar de controles. Zo missen ze de laatste echo’s, en dat maakt me verdrietig.

Corona zorgt voor een serieuze domper, maar we hebben veel contact via WhatsApp, verschillende keren per week. Er worden foto’s en video’s gedeeld. De papa’s sturen verhalen en liedjes, om de baby tijdens de zwangerschap alvast gewend te maken aan hun stem.

Er is een draaiboek gemaakt voor de thuisbevalling. De papa’s zullen enkele dagen ervoor al naar België komen

We tellen verder af naar 21 mei, de uitgerekende datum. Er is een draaiboek gemaakt waarin we beschrijven hoe we de thuisbevalling zien. De papa’s zullen enkele dagen ervoor al naar België komen en in een appartement vlakbij verblijven. Op het moment suprême zal een van hen de navelstreng doorknippen en de andere het kindje opvangen. Ik zie dat prachtige moment al voor me.

11 mei 2020 – Welkom, Sara!

De komst van een kindje laat zich niet altijd regisseren, en dat zullen we geweten hebben… want vandaag beval ik. Tien dagen vroeger dan voorzien, en dus zonder de papa’s in de buurt. De vroedvrouw raadt me af om hen nog snel te bellen, omdat het onveilig zou zijn voor hen om de afstand onder die intense emoties af te leggen.

Ontzettend jammer vind ik het. Maar hoe het nu loopt, thuis bevallen met enkel mijn gezin om me heen, blijkt voor mij een onverwacht, maar belangrijk ritueel om dit avontuur te kunnen afronden als gezin. Het baby’tje ligt twee minuten op mijn borst, wanneer ik Frits en Joey opbel via videocall. Zij denken: gewoon even luisteren hoe het gaat, maar het wordt een heel bijzondere update.

Ze vertrekken meteen richting België. Klonk er wat teleurstelling? Misschien. Ze hadden het natuurlijk graag live meegemaakt

Ik toon hun dochtertje op het scherm. Ze zijn compleet overdonderd, noemen haar Sara en vertrekken meteen richting België. Klonk er wat teleurstelling? Misschien. Ze hadden het natuurlijk graag live meegemaakt. Maar het is een prachtige baby geworden, en dat gevoel overheerst bij ons allemaal.

Wanneer de bel gaat, wordt het emotioneel. Ze zeggen dat ze zo trots en dankbaar zijn voor hoe we deze rit met ons achten – Frits en Joey en ons gezin van zes – hebben aangepakt en beleefd. Daarna nemen ze Sara voor het eerst in hun armen. Ik laat véél tranen, niet omdat het emotioneel pijnlijk is, wel van enorme trots om dit te mogen en kunnen doen voor iemand anders. Het voelt heel groots.

11 tot 16 mei 2020 – De kraamweek

Joey en Frits blijven de eerste week logeren. Dat is druk en toch intiem, met in het geweldige middelpunt van onze aandacht: Sara. We hebben een paspoort voor haar geregeld zodat ze mee naar Nederland kan. Ik besef dat ze niet mijn kind is, en dat is oké. Ik lijk het voor elkaar te hebben, heb het gevoel dat ik mijn taak goed volbracht heb.

16 mei 2020 – Het afscheid

Op de laatste dag halen we friet, maar niemand heeft honger. Iedereen weet wat er komt, en is emotioneel. Ik denk dat het mijn hormonen zijn, want ik huil als een moederdier. Die oergevoelens overvallen me compleet. Ik dacht op dit moment voorbereid te zijn, maar dat ben je nooit voor honderd procent, zo blijkt.

Loslaten valt me lastig en mijn hormonen schreeuwen om het kindje

Ik hou Sara nog even in mijn armen, maar dan neemt Frits haar over. Nu moeten ze echt vertrekken. Loslaten valt me lastig en mijn hormonen schreeuwen om het kindje. Pas wanneer de papa’s en Sara de hoek om zijn met de auto, voel ik de rust wat terugkeren. Mijn buik is leeg, mijn hoofd is leeg…

17 mei 2020 en de dagen daarna – Huilend in de woonkamer

De eerste dagen na het afscheid gaan best goed, ik krijg zo nu en dan een berichtje van de papa’s. Maar dan komt de weerbots: ze sturen geen berichtjes meer, en ik durf ook niet. Dat maakt me verdrietig. Ik loop te huilen door de woonkamer. Wellicht denkt mijn lichaam: ik wil zorgen, maar waar is de baby?

Vanaf nu doen we het anders: we sturen een bericht als we willen en we reageren als het lukt

Ik lucht mijn hart bij een vriendin en zij moedigt me aan om de papa’s toch te bellen en eerlijk te zijn. En dat heldert veel op: Frits en Joey wilden me niet overladen met berichtjes, omdat ze dachten dat het misschien te confronterend was, en ik durfde hen niet lastig te vallen. Vanaf nu doen we het anders: we sturen een bericht als we willen en we reageren als het lukt.

8 juni 2020 – Op officieel kraambezoek

We zijn met ons hele gezin op bezoek in Nederland bij de kersverse papa’s en eten beschuit met muisjes. En dat zorgt voor een belangrijke klik in mijn hoofd: dit meisje hoort bij Joey en Frits, ik zie hen anders handelen dan ik zou doen. Sara is niet mijn kindje, dat wordt me alsmaar duidelijker. Twee weken later gaan we nog eens op bezoek, en voel ik me niet meer onrustig. Sara is lief en schattig, maar hoort niet bij mij. Al die stappen heb ik nodig om van haar los te komen, en het lukt, stilaan.

September 2022 – Adoptie: de grootste stap in loslaten

Pas na anderhalf jaar kan de adoptie geregeld worden. Boosdoener is ook hier weer corona. De procedure wordt afgerond in de rechtszaal, waar we ineens als twee partijen tegenover elkaar staan. Dat voelt raar, en de dag verloopt emotioneel. Maar ik neem weer een extra stap in het loslaten. Ik feliciteer Frits en Joey nogmaals met hun dochtertje, dat nu ook officieel de naam van de papa’s draagt. Het maakt van deze dag een mijlpaal.

Intussen, vijf jaar later…

Ik zie Sara vanop afstand groot worden. Haar eerste tandje, eerste stapje, voor het eerst naar school… zonder verplichting komen die nieuwtjes eerst bij ons terecht. Soms vieren we belangrijke momenten samen: verjaardagen, het huwelijk van Frits en Joey… Het voelt telkens leuk en gek tegelijk.

Sara is een meisje met Vlaamse roots en een Hollands accent. Ze heeft een eigen karaktertje, is superlief en erg verstandig. Als we haar gelukwensen met haar vijfde verjaardag, 11 mei 2025, antwoordt ze: “Dankjewel, België.” Ze weet dat dat een speciale plek is, maar vat het hele plaatje nog niet.

We maakten van dit koppel niet alleen ouders, maar we maakten van hun ouders ook grootouders en van hun broers en zussen tantes en nonkels

En ik? Ik besef na al die tijd vooral de bredere impact: we maakten van dit koppel niet alleen ouders, maar we maakten van hún ouders ook grootouders en van hun broers en zussen tantes en nonkels. En die zijn ons allemaal dankbaar. Dat maakt me diep trots. Ik kan met fierheid zeggen: ik ben mama van vier en moeder van vijf.

Draagmoederschap in België wat kan en mag?

We vroegen het aan Eline Cautaerts, medewerker van ‘De Maakbare Mens’, een sensibiliseringsorganisatie gesteund door de Vlaamse overheid.
“Momenteel is draagmoederschap niet wettelijk geregeld in België. De draagmoeder (en haar wettelijke echtgenoot, als die er is) zijn de wettelijke ouders van het kind tot de adoptieprocedure rond is.”

“Dat zorgt voor onzekerheid bij alle betrokkenen: wat als de draagmoeder het kind niet meer wil afstaan of de wensouders zich bedenken? Zoiets komt in ons land weinig of niet voor dankzij de begeleiding en expertise van onze fertiliteitscentra. Feit blijft wel dat beide partijen juridisch onzeker zijn zolang de (omslachtige) adoptieprocedure loopt.”

Waarom is een wet hierrond zo belangrijk?
“Als het kindje ziek wordt, kan enkel de draagmoeder officieel instemmen met een operatie,
want zij is de wettelijke moeder. Willen de wensouders met de baby naar het buitenland, dan kan dat enkel met schriftelijke toestemming van de draagmoeder.”

“Wensouders hebben geen recht op ouderschapsverlof. Stel dat de draagmoeder (of haar wettelijke partner) overlijdt tijdens de adoptieprocedure, dan is de baby een van hun wettelijke erfgenamen. Het zijn maar enkele voorbeelden. In de praktijk zetten draag- en wensouders hun afspraken op voorhand op papier, maar een draagmoederschapsovereenkomst is niet wettelijk afdwingbaar.”

Is het dan beter geregeld in het buitenland?
“Door het ontbreken van een wettelijk kader en de gevolgen ervan, trekken sommige Belgische wensouders inderdaad naar het buitenland. Maar dat is duur, en niet voor iedereen haalbaar. Het houdt een onrechtvaardige situatie in stand: enkel wie het kan betalen, maakt aanspraak op hulp in het buitenland.”

“Bovendien is het ene buitenland het andere niet: in enkele Amerikaanse staten is draagmoederschap uitstekend geregeld. In andere landen is er sprake van extreme uitbuiting van de draagmoeders of oplichting van de wensouders.”

Wat moet er in de wet staan?
“Een goede wet rond draagmoederschap kan draag- en wensouders verlossen van een zware adoptieprocedure en daarmee ook van de (rechts)onzekerheid en praktische problemen. Ook voor fertiliteitscentra zou de wet zekerheid kunnen bieden. Die werken momenteel noodgedwongen in een juridisch vacuüm en zijn elk voor zich aangewezen op hun eigen protocol.”

“Ten slotte zijn er ook mensen die momenteel niet bij de fertiliteitscentra terechtkunnen. Denk maar aan alleenstaanden of wensouders die in de eigen omgeving geen kandidaat-draagmoeder vinden. In onze fertiliteitscentra wordt immers enkel hoogtechnologisch draagmoederschap toegepast, wat betekent dat de draagmoeder niet haar eigen eicel gebruikt.”

“Bij laagtechnologisch draagmoederschap wordt wél de eicel van de draagmoeder gebruikt. De conceptie zou hierbij via kunstmatige inseminatie kunnen, maar vermits dat in onze fertiliteitscentra niet wordt toegepast, vindt de bevruchting plaats via zelf-inseminatie of na seksueel contact. Een goed uitgewerkte wet zou ook voor deze mensen kansen kunnen bieden.”

Is er beterschap op komst?
“Draagmoederschap is opgenomen in de huidige beleidsverklaring, dus er is wel degelijk hoop. De kans is reëel dat de wet rond draagmoederschap deze legislatuur gestemd zal worden.”

Meer weten over draagmoederschap in België? Surf naar ikwileenkind.be/kennisbank/draagmoederschap.

Meer openhartige verhalen?

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."