Openhartig
Zussen Lize, Margot en Jasmien wonen pal naast elkaar.

Het idee ontstond bij hun moeder, maar zussen Lize, Margot en Jasmien – en hun gezinnen – stapten snel mee in dit unieke woonverhaal, dat redactrice Els maar al te graag wilde ontdekken.

Wie woont waar?

Huis 1: Lize (40), getrouwd met Pieter en mama van Tille (12) en Nand (10)
Huis 2: Margot (38), getrouwd met Bart en mama van Jack (12) en Cesar (9)
Huis 3: Jasmien (36), getrouwd met Cé(dric) en mama van Josse (6) en Ciriel (5)

Een prachtig plaatje

Ik bel aan bij het meest linkse huis, dat van oudste zus Lize. Ik word doorheen een prachtige leefruimte richting buitenterras geleid, met daarachter een gemeenschappelijke XL-tuin, die zich over drie percelen uitstrekt. Overal waar ik kijk, is iets moois te zien. Een serre met tomatenplanten en bessenstruiken, kippen die rustig rondscharrelen in hun perkje, twee konijntjes die allerschattigst rondhuppelen in een hok. De kinderen lopen rond tussen het groen, een zwemvijver maakt het plaatje compleet.

‘Veel praten en durven dromen’: dat blijkt de succesformule van drie zussen die met hun gezinnen naast elkaar wonen

Vanuit de tuin kijk je naar de achterzijde van drie gelijkaardige huizen, de home sweet homes van drie gezinnen die dit ‘bijzondere’ project durfden aan te gaan. Het bleek een uitdaging, maar ze bundelden de krachten en het lukte. ‘Veel praten en durven dromen’: dat blijkt de succesformule van drie zussen die met hun gezinnen naast elkaar wonen.

Een warm nest

Lize: “We komen uit een warm nest, waar het familiegevoel centraal staat. Onze ouders en grootouders gaven ons de liefde voor het graag samenzijn door. Als zussen waren we altijd al erg hecht, maar ook erg verschillend. Jasmien heeft het zachtste karakter, Margot is de creatiefste en een bemiddelaar, en ik ben degene die sneller het voortouw neemt als er beslissingen genomen moeten worden.”

Lize: “Noem ons gerust complementair. We kunnen niet zonder elkaar en ook niet zonder wat gekibbel af en toe. (lacht) Typisch zussen, dus! Maar hoe leuk we het in ons ouderlijke huis ook hadden samen, het is niet zo dat we er als kleine meisjes al van droomden om later te gaan samenwonen. Dat plan kwam eerder overwacht op ons pad.”

We gingen al vaak op reis met onze drie gezinnen. Dat lukte perfect zonder strubbelingen, en het was iets waar iedereen echt naar uitkeek – ook onze mannen” – Margot


Margot: “We hadden als twintigers elk onze eigen plek gevonden, wel in de buurt van onze ouders. Mama’s hart zou gebroken zijn mochten we weggegaan zijn uit de streek, ver weg van hen. Lize woonde met haar gezin in Reet, mijn man Bart en ik hebben heel lang verbouwd aan een herenhuis in Boom – onze thuis voor altijd, dachten we. Jasmien en Cé woonden ook in Boom.

Margot: “Zoals Lize al aangaf, is familie erg belangrijk voor ons. We gingen in die periode bijvoorbeeld vaak samen op reis met onze drie gezinnen. Dat lukte perfect zonder strubbelingen, en het was iets waar iedereen echt naar uitkeek – ook onze mannen. Zij konden het onderling sowieso ook goed met elkaar vinden.

Margot: “En dan kwam ineens enkele jaren geleden een berichtje van mama in de familie-whatsappgroep. In Aartselaar, waar we zijn opgegroeid en waar onze ouders nog steeds wonen, kwam een heel groot huis te koop, op de oppervlakte van meerdere bouwgronden. Ideaal voor een kangoeroe-concept. Dat leverde eerst toch wat gemengde reacties op. Onder meer van mijn man Bart, haha. We hadden zo lang aan ons eigen droomhuis gerenoveerd, zo’n project zag hij niet nóg eens zitten. Maar we waren allemaal getriggerd.”

Te zot of tóch mogelijk?

Lize: “Uiteindelijk kozen onze ouders ervoor om hun ruime huis in te ruilen voor een appartement in het centrum. Het kangoeroe-idee werd opgeborgen. Maar toen kwam de makelaar van die eerste woning met een ander voorstel. Een XL-perceel, met een weids uitzicht, in het hart van Aartselaar. Best uniek!”

Jasmien: “Hier drie huizen op zetten? Dat zou per definitie kunnen. Maar op dat moment leek het ons een zot plan, een beetje zoals naar het buitenland verhuizen. We deden er wat lacherig over. Maar… het werd een gespreksonderwerp, een stille droom die geleidelijk aan uitgroeide tot een project dat misschien wél haalbaar was.”

“Mijn man vatte het mooi samen: niet denken aan wat er allemaal zou kunnen mislopen, gewoon springen en erin geloven” – Jasmien

Margot: “Een grote tuin, daar droomde ik al zó lang van. De kinderen zouden meer speelruimte hebben én elkaar. We zouden opnieuw dichter bij onze ouders en grootouders kunnen komen wonen. We wisten al dat we als zussen goed konden communiceren met elkaar, en zo misverstanden konden vermijden. Eigenlijk konden we weinig nadelen bedenken en zagen we vooral de voordelen.”

Jasmien: “Mijn man Cé vatte het mooi samen: niet denken aan wat er allemaal zou kunnen mislopen, gewoon springen en erin geloven. En dus besloten we ervoor te gaan.”

Véél keuzes maken en goed communiceren

Lize: “Vooraf moesten er wel duizend beslissingen genomen worden. Het stuk grond moest verkaveld worden, met welke aannemer en architect zouden we samenwerken, hoe groot maakten we de privétuintjes,… We zouden samen lenen en stonden borg voor elkaar. Slechts één bank wilde met ons in zee gaan. Het was ook een moeilijk juridisch dossier– onze notaris heeft haar tanden erop stukgebeten.”

Margot: “Papa voerde de gesprekken met de gemeente om het stuk te laten verkavelen, Lizes man Pieter volgde het financiële luik op en onze mannen gingen samen op zoek naar een bouwteam. We zouden gaan voor drie geschakelde, gelijkaardige woningen – zelfde ontwerp, zelfde materialen… Mensen mochten zíén dat dit een gezamenlijk project was.”

Jasmien: “De hele aanloopperiode nam toch een dik jaar in beslag. In alle administratieve rompslomp zijn er zeker momenten geweest dat we dachten: zal het nog wel lukken? Dat gaf stress, maar omdat we het sámen deden, wisten we dat het goed zou komen. En ja, natuurlijk hadden we weleens kleine meningsverschillen: aan welke investering geven we prioriteit, welk type haag zetten we… Dan is het echt belangrijk om dat te durven benoemen en niets op te kroppen. Te luisteren naar elkaars argumenten en samen tot een compromis te komen. En dat lukte ons altijd weer.”

“We maakten ook eigen keuzes en toch… grappig om te zien hoe onze woningen binnenin eigenlijk niet heel erg van elkaar verschillen. It’s all in the family!” – Lize


Lize: “Niemand vond het ook erg om een halfuur over een bepaalde tegel te praten. We raakten elkaars verhalen over dit project niet beu. We inspireerden elkaar ook, qua keuzes. Al voerden we de gesprekken met de architecten wel apart per koppel. We maakten dus ook eigen keuzes en toch… grappig om te zien hoe onze woningen binnenin eigenlijk niet heel erg van elkaar verschillen. It’s all in the family!”

Margot: “Ik heb wel onderschat hoelang zo’n bouw duurt. Het moment waarop we konden verhuizen, schoof enkele keren op. Met mijn gezin konden we bij de schoonouders verblijven, leuk voor de kinderen en wij waren hen erg dankbaar. Maar je woont niet in je eigen huis, en dat vergt toch een inspanning. Ik was dan ook erg blij en opgelucht dat we eindelijk konden verhuizen.”


Lize: “De bouw duurde uiteindelijk een klein jaar. Margot en haar gezin verhuisden als eersten in januari, wij als laatsten, in maart. Het was een goed idee om die verhuizing op eigen tempo te doen, één voor één. Toen het eindelijk zo ver was, waren de kinderen zó enthousiast! Superschattig, die eerste weken wuifden ze ons samen uit toen we naar het werk vertrokken.”

Samen leven, samen delen

Lize: “Het was het begin van een nieuw, fijn hoofdstuk. Eén met heel wat voordelen, ontdekten we. Net omdat we alle grote dingen kunnen delen door drie, kwam bijvoorbeeld ook de aanleg van de tuin er snel – leuk voor de kinderen! Er kwam een serre, waar Margot en Bart zich met hun groene vingers kunnen uitleven.”

Lize: “We houden enkele kippen en twee konijntjes, er kwam een pizzaoven en we zijn aan het sparen voor een speciale BBQ. De zwemvijver hebben we cadeau gekregen van onze ouders. Wij hadden in ons ouderlijke huis een zwembad, waar wij en onze kinderen veel plezier aan hebben gehad. Dat wilde mijn vader – toen hij met mama zelf kleiner ging wonen – hen niet ontnemen, dus besliste hij om het ons cadeau te doen. Een ongelooflijke luxe, dat weten we, maar we zijn er wel heel, heel blij mee.”

Brood wordt meegebracht voor alle gezinnen in één keer – dat neemt vooral Jasmien op zich en wordt geregeld in ons whatsappgroepje ‘Brood voor morgenvroeg’ ” – Margot


Margot: “Grote aankopen overleggen we, en die gaan in de Tricount (een app om kosten te delen, red.), net als kleine aankopen zoals kippenvoer, maar die kunnen natuurlijk zonder de goedkeuring van de groep. Brood wordt ook meegebracht voor alle gezinnen in één keer – dat neemt vooral Jasmien op zich en wordt geregeld in ons whatsappgroepje ‘Brood voor morgenvroeg’. Grote supermarktaankopen doet ieder voor zich.”

Elk z’n privacy

Jasmien: “Bij gebrek aan een gemeenschappelijke bergruimte staat de pingpongtafel voorlopig bij Lize gestald. En de schommel in onze persoonlijke tuin is ook populair bij de andere kinderen. Maar ze zullen nooit zomaar in de privétuintjes van de tantes binnenvallen. We respecteren elkaars privacy. We hebben elk een persoonlijk stuk tuin dat grenst aan het huis, en dat is gescheiden met een houten wand. Zo kunnen we ook eens praten zonder dat iedereen meeluistert. (lacht)

“Geen van onze drie huizen is een duiventil. De kinderen zullen nooit zelf binnenvallen, maar eerder wat in de gemeenschappelijke tuin blijven dralen in de hoop dat een neefje hen opmerkt en zo mee gaat spelen” – Jasmien

Jasmien: “De kinderen zullen nooit zelf binnenvallen, maar eerder wat in de gemeenschappelijke tuin blijven dralen in de hoop dat een neefje hen opmerkt en zo mee gaat spelen. Of ze wandelen eens extra naar het compostvat in de hoop iemand tegen te komen – dat doen trouwens ook onze mannen terwijl de afwas gedaan moet worden. (lacht) In de wintermaanden komen de kinderen aanbellen om te spelen, ze kunnen zich urenlang bezighouden met elkaar. Maar het is in geen enkel van onze drie huizen een duiventil, en daar hebben we ook nooit nadrukkelijk moeten om vragen. Dat besef is er gewoon vanzelf bij iedereen.”


Lize: “Het is niet omdat we dichter bij elkaar wonen, dat we ons vaker moeien. Ik denk dat het belangrijk is om elkaars grenzen te respecteren. We blijven aparte gezinnen met andere accenten en gewoontes.”

Onze plek voor altijd

Margot: “Onze mannen zijn intussen ook echt goede vrienden van elkaar. Mooi om te zien hoe ze zorgen voor elkaars kinderen ook. De schoonbroers sporten samen en spelen gezelschapsspelletjes – zeker op mooie avonden – tot in de late uurtjes. In de zomer lopen spontane apero’s weleens uit. Zulke momenten koester ik echt.”

Margot: “Doordat we dicht bij elkaar wonen, kennen we ook elkaars schoonfamilie nu beter. Wie hier over de vloer komt, raakt al eens aan de praat met een van de andere gezinnen. (lacht) Ook voor onze ouders is het makkelijk, want zij krijgen drie gezinnen voor de prijs van één bezoekje. We wonen hier nu twee jaar, en voorlopig ontdekten we alleen maar voordelen, dankzij goede, eerlijke babbels. En we hebben ook geen lange tenen!”

“Afgelopen zomer gingen we apart op vakantie. Toen Margots gezin terugkeerde, stonden we hen met een welkomstcomité op te wachten. Iedereen was blij om elkaar terug te zien, zeker ook de kinderen” – Lize


Lize: “We waren afgelopen zomer allemaal tegelijkertijd op vakantie, elk op een andere bestemming. Toen Margots gezin terugkeerde, stonden we hen met een welkomstcomité op te wachten op de oprit. Iedereen was blij om elkaar terug te zien, zeker ook de kinderen. Zij kunnen elkaar tijdens zo’n gezinsreis echt missen. Dus gaan we volgend jaar samen op vakantie richting Portugal. Alsof we elkaar nog niet genoeg zien!” (lacht)

Jasmien: “Ik vind het leven op deze manier ook meer ontspannen. De kinderen houden zichzelf bezig, er is altijd wel iemand die even een oogje in het zeil houdt als er iemand weg is… Het is op zóveel vlakken een verbetering.”

Onze ouders zijn blij dat hun stille droom uitkwam. Dochters en schoonzonen die zo’n goede band hebben én je kleinkinderen allemaal samen van dichtbij zien opgroeien: wat kun je meer wensen?” – Jasmien

Margot: “Het zit ’m in de grote én kleine dingen. Zo is er bijvoorbeeld geen stress meer om feestjes te organiseren. Lize is de trekker en verder doen we het samen. Ik heb op geen enkel moment het gevoel dat ik er alleen voor sta. Hebben we eens een slechte dag? Dan is de drempel om als zussen naar elkaar toe te gaan veel kleiner. Dan maken we samen eens een wandelingetje.”


Lize: “Of we elkaar niet té veel zien? Ik denk dat mensen zich dat inderdaad weleens afvragen. Maar dat gevoel hebben wij niet. Het verloopt allemaal heel naturel. Heb je geen zin in een babbel, of zitten de kinderen liever eens op hun gemak binnen? Dan is dat helemaal oké. In de wintermaanden zien we elkaar beduidend minder, en dan gebeurt het dat we elkaar aan de voordeur tegenkomen en zeggen: ‘Dat is lang geleden!’ Je ziet: het houdt zichzelf in evenwicht, en zo is het helemaal goed!”


Jasmien: “En onze ouders? Die zijn blij dat hun stille droom uitkwam. Dochters en schoonzonen die zo’n goede band hebben dat ze hier samen voor gingen, én je kleinkinderen allemaal samen van dichtbij zien opgroeien: wat kun je je als moeder of vader meer wensen? We hopen allemaal dat dit een plek is voor altijd, tot onze oude dag!”

Meer openhartige verhalen

Kristel schreef een pakkende brief aan haar overleden vader
Kristel schreef een pakkende brief aan haar overleden vader

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."