bedrog-loslaten
© Getty Images

SOS relatie: “Paul zoekt bevestiging in dure auto’s, reizen en mooie vrouwen. Ik wil dat niet meer”

Door De Redactie

Christine (52) en Paul (51) runnen samen een dokterspraktijk en zijn al 32 jaar samen, als Christine aankondigt dat ze wil scheiden. Paul hoopt dat ze er dankzij therapie nog uitkomen.

Wat zegt Christine?

“Wat ik vroeger voor assertiviteit zag, ervaar ik vandaag als lomp en ongevoelig”

Christine: “Ik was 21 toen ik Paul leerde kennen. We zaten in hetzelfde jaar, maar
het was pas tijdens een stage dat we voor het eerst praatten. Paul was enorm gedreven, intelligent en had de reputatie te durven. Dingen die me als jong, braaf meisje enorm aantrokken.

We werden gezien als een sprookjeskoppel: ik de looks en achtergrond, hij de brains en branie. Allebei hadden we tonnen ambitie en werkten keihard. Paul specialiseerde zich in alternatieve geneeswijzen. Hij heeft een schare vaste patiëntes die naar hem opkijken en die volgens mij ook verliefd zijn op hem. Ik heb vandaag het gevoel dat hij die aandacht nodig heeft. Zelf heb ik ook altijd keihard gewerkt, zowel thuis als in de praktijk. Ik ben een perfectioniste, wil dat de dingen in orde zijn en slaag daar ook altijd in.

Omdat Paul al lang politieke ambities koestert, investeerde ik de afgelopen tien jaar veel in ons sociaal leven. De feestjes bij mij thuis, daar maak ik een erezaak van, waardoor iedereen nadien altijd in de wolken is. Ook voor mezelf als vrouw heb ik de lat altijd hoog gelegd: ik wil slank zijn, er goed gekleed bijlopen en doe daar veel voor. Paul heeft dat ook altijd erg belangrijk gevonden. Na de geboorte van de kinderen was ik wat bijgekomen, wat ik vaak heb moeten horen. Kwetsend was dat. Van een teveel aan ‘relaxen’ gaat hij steigeren: een dag in je pyjama rondhangen, dat is er bij ons niet bij. Geen hoge hakken dragen als ik buitenkom, evenmin.

Het afgelopen jaar heb ik het heel moeilijk gehad. Op de een of andere manier trek ik het niet meer. Ik slaap slecht en kan me ook niet meer motiveren voor het werk. Ik loop ook echt vast op Paul, zijn houding tegenover mij, tegenover andere vrouwen, zijn narcistische trekjes en behoeftes. Wat ik vroeger voor assertiviteit zag, ervaar ik vandaag als lomp en ongevoelig. Paul is met de jaren almaar materialistischer geworden: dure kleding, dure wagens, dure reizen, dure etentjes… Het lijkt een beetje een compensatie voor alles wat hij als arbeiderskind nooit gekend heeft. Hoe zielig op onze leeftijd, om nog altijd bevestiging te zoeken in zulke oppervlakkige dingen.

Ook op andere vlakken, in onze contacten met familie en vrienden, blijft dat minderwaardigheidscomplex spelen, wat ik vermoeiend vind. Ik wil anders leven en denk dat we te verschillend zijn, te verschillende dingen willen om samen gelukkig te kunnen zijn. Ik heb al een tijdje het dwingende gevoel dat ik hier beter een punt achter kan zetten. Toen ik dit met Paul besprak, ging hij daar heel erg tegenin. Ik heb toegezegd om naar hier te komen, maar weet niet wat ik hier nog van verwacht.”

Wat zegt Paul?

“Ik heb me altijd geschaamd voor mijn achtergrond, en nu ik geld heb, wil ik er ook van genieten”

Paul: “Al de eerste dag aan de universiteit viel Christine me op. Ze was een mooi meisje met klasse en uitstraling, kwam uit een rijk en beschermend milieu en was zelfzeker. Ik heb me altijd wat geschaamd voor mijn achtergrond. Mijn vader was een simpele fabrieksarbeider en mijn moeder ging poetsen in het zwart. Mijn studies betaalde ik voor een groot stuk zelf. Geen wonder dat ik niet op haar durfde af te stappen. Het kwetste me, maar het was ook een drijfveer om op school te bewijzen wat ik waard was. Ik was altijd bij de besten van mijn jaar en genoot daarnaast ook van het studentenleven, waardoor ik respect en aandacht kreeg.

Contact met Christine kwam er maar toen we samen op stage gingen. Ze bleek erg toegankelijk en van bij aanvang hing er tussen ons een aangename spanning. Ze liet me voelen dat ze interesse had, waardoor ik voor haar ging. Mijn omgeving bevestigde me daarin, de hare veel minder. Tot op vandaag voel ik me in haar familie niet thuis of geaccepteerd, hoeveel ik ook bereikt heb.

Christine is de laatste tijd erg veranderd. Ik heb het gevoel dat ze haar werk niet zo goed meer aankan, maar er is meer. Ze verwijt me dat ze bij mij zichzelf niet kan zijn, dat ze nooit waardering heeft gekregen voor haar inzet, dat ze vooral een rustiger leven wil, met minder werken, meer aandacht voor onze kinderen. Daar ben ik echter nog totaal niet aan toe.

Ik denk dat ze het ook moeilijk heeft met ouder worden. Ik vind dat ook niet fijn, maar probeer er wel alles aan te doen om er jong en fit te blijven uitzien, terwijl ik bij haar het gevoel heb dat ze zich wat laat gaan, dat het allemaal niet meer zo hoeft. Zij die altijd zo fier was op zichzelf. Ik hou daar niet van en geef daar inderdaad al eens opmerkingen over. Ze ziet dat als kritiek, terwijl ik het zie als stimuleren. Zo is dat toch in een goede relatie, dat je elkaar ook een beetje corrigeert?

We gaan nu door een moeilijk vaarwater, maar dat is nog geen reden om alles te verbreken. We kunnen extra hulp inschakelen, kunnen ons dat ook permitteren, maar dat wil zij niet. Ik heb van haar ook nooit de dingen verwacht die ze zich allemaal oplegt. Ik weet dat ik gedreven ben en dat ik het vaak niet kan laten om ook voor anderen de lat hoog te leggen, hen te stimuleren het beste in zichzelf naar boven te halen, maar uiteindelijk kiest iedereen nog altijd zelf. Ze verwijt me de laatste tijd ook mijn materialistische ingesteldheid. Ja, ik hou van mooie en daardoor ook dure dingen. Maar mag het een beetje? Ik heb thuis altijd tekort gezien, mag ik ook een beetje genieten van de dingen waarvoor ik hard gewerkt heb?”

Hoe moet het nu verder?

“Voor Paul is vooral het materiële een reden om niet te scheiden, gevoelens lijken er minder toe te doen”

Relatiedeskundige Rika Ponnet: “Als Paul en Christine langskomen, is het duidelijk dat er tussen hen nog weinig connectie is. Christine kijkt Paul amper aan en wil voelbaar weg uit de gespreksruimte. Paul is meestal aan het woord, probeert zijn gelijk aan te tonen. Hij doet dat op een afstandelijke, erg rationaliserende manier.

Als ik vraag naar hun motivatie is die erg verschillend. Paul wil verder. ‘Scheiden is altijd verliezen, voor iedereen. Onze zaak, het huis, de kinderen, de zeilboot… waarom dat allemaal opbreken?’ ‘Zo is het altijd, hij somt alles op wat we hebben, niet hoe we zijn als koppel’, antwoordt Christine.  Als ik vraag hoe zij het graag wil, geeft ze aan dat ze al drie keer zelf in therapie is gegaan. ‘In die gesprekken ervaar ik een gevoel van begrip dat ik nog nooit had met Paul. Als ik daarover begin, blokt hij dat af. Hij zegt dat dat niet in hem zit en dat hij ook nooit zal veranderen. Uiteindelijk ben ik altijd goed geweest om mee te bouwen aan zijn plannen, zijn materiële dromen, zijn carrière, maar mijn behoeftes zijn van geen tel.’ Daarop repliceert Paul dat wat Christine als behoeftes omschrijft, toch iets heel vaag is. ‘Praten? Wij praten toch. Ik ben bereid om over alles te praten, maar dat komt blijkbaar niet in de buurt van wat ze wil.’

Ik kijk samen met hen naar wanneer ze het gevoel hadden dat er in hun relatie iets wezenlijks is veranderd. Christine heeft het over haar bevallingen. ‘Ik kreeg kinderen, niet Paul. Hij toonde ook nooit dankbaarheid naar mij. Andere vrouwen krijgen dan iets moois of op zijn minst een bloem, ik niets. Als ik iets zei over bloemen, gaf hij aan dat de kamer al vol stond.’ De daaropvolgende sessies bespreken we een aantal hechtingstrauma’s: Paul die een patiënt liet voorgaan toen Christine ziek was. Paul die op de jubileumviering van de praktijk, door Christine voorbereid, dronken werd en kritiek had op de hapjes. Paul die weigert mee te gaan naar familiefeestjes. En ook al slagen we er telkens in om te kijken op welke manier beiden er zich wel goed bij gevoeld zouden hebben, het verandert niets aan hun verhouding.

Intussen merk ik dat het niet goed gaat met Christine en plan ik een gesprek met haar alleen. Ze vertelt dat ze bijna niet kan eten en dat dat samenhangt met Paul. ‘Ik kan hem niet meer zien, ik word letterlijk misselijk van zijn nabijheid. Ze wil minstens tijdelijk apart gaan wonen. Een paar maanden later laat ze me weten dat ze de echtscheiding hebben ingezet, maar wel in dezelfde praktijk blijven verder werken.”

Uit: Libelle 2/2019 – Tekst: Rika Ponnet

Lees ook:

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."