De wetten van…Erik Van Looy

Door De Redactie

Vier weken lang peilen we naar de geschreven en ongeschreven wetten in het leven van vier bekende medemensen. Deze keer regisseur Erik Van Looy.

Volgende week komt zijn nieuwste film "Loft" uit, maar die maandagochtend drinkt Erik Van Looy fruitsap. Hij praat veel en snel. "Dat is omdat ik bang ben om mensen te vervelen, maar voor de rest is mijn ADHD-level behoorlijk laag".

Schuilt er in jou een anarchist of conformist?

Erik Van Looy: "Een conformist, maar met scherpe randjes. Ik ben geen anarchist, daarvoor kleur ik te veel binnen de lijntjes. Ik ben iemand die zich altijd aan de regels probeert te houden. Ik kom altijd stipt op tijd, tot grote ergernis van mijn vrouw, die dat mijn belangrijkste slechte eigenschap vindt. Want ik ben zo stipt dat ik meestal tien minuten te vroeg ben. Maar ik rij nooit te snel, tenzij ik het bord niet gezien heb. Foutparkeren doe ik niet. Ik voetbal al 39 jaar en heb 2 gele kaarten gekregen waarvan één voor het vloeken op mezelf. Nee, ik pas me makkelijk aan."

Als kind nooit snoepgoed gestolen?

Erik Van Looy: "Toen ik zes was, heb ik een pakje Camel chocoladesigaretten gestolen. Dat werd natuurlijk ontdekt aan de kassa omdat ik, zoals Gilbert Bodart, een nogal onhandige dief was. Mijn ouders waren toen héél kwaad. Ze dreigden er zelfs mee dat ik niet meer in de hemel zou komen. En daar keek ik toen geweldig naar uit. Achteraf vond ik dat wel tof van hen. Ik weet dat ik die nacht gehuild heb in bed, maar daarna heb ik nooit meer iets gestolen."

Je bent quizmaster en regisseur, twee posities waarbij je de teugels in handen houdt. Heb je graag dat het spel op jouw manier gespeeld wordt?

Erik Van Looy: "Ja en nee. Bij 'De slimste mens' moet ik binnen de lijntjes van een zorgvuldig afgebakend format kleuren. Ik kan me hoogstens wat spielereien en grappen veroorloven. Als ik een film maak, is dat ook zo. Meestal is die tot in de puntjes voorbereid door alle departementen die eraan meewerken. En dan nog moet je heel veel bedenken op de set zelf. Maar er zijn spelregels en die bepaal ik mee, maar ik zit er ook aan vast. Dat is niet erg, want ik rendeer het best in een strak gareel. Ik heb gemerkt dat ik snel veel van mijn kwaliteiten verlies als ik aan dingen meewerk die losser zijn. Dat neemt niet weg dat ik soms graag heb dat het spel op mijn manier gespeeld wordt. Als kind organiseerde ik sportmanifestaties voor mijn vrienden, een soort olympische spelen voor kinderen. En ik geef toe dat ik de regels zo ontwierp dat ik vaak kon winnen."

Ten huize Van Looy is vaders wil geen wet?

Erik Van Looy: "Nee, er wordt vaak gelachten met vader en niet altijd om de juiste redenen. Dat is ook weer niet waar, maar ik heb weinig gezag. Ook op de set, ik ben een luisteraar. Ik heb echt personeel nodig om de zweep te hanteren. Het gebeurt nogal eens dat ik tegen mijn assistent-regisseur zeg: kun jij niet even kwaad worden op die mensen daar? Ik probeer wel regels te installeren, maar ik kan ze moeilijk toepassen. Natuurlijk wil ik dat mijn zoon om acht uur gaat slapen, maar hem ook eigenhandig zijn bed in jagen, zit er niet in. Ik ben gewoon een stille, verlegen mens. Geen roeper. Tenzij op mezelf. Ik kan mijn eigen falen niet aanvaarden."

Lees het volledige interview met Erik Van Looy in Libelle 42 (16 oktober 2008)

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."