Interview Barbara Sarafian
Quote: "Ik kan mijn liefde voor iemand moeilijk doseren. Het is alles of niets. Maar mannen hebben het daar blijkbaar heel moeilijk mee."
Uit wat voor nest kom je?
“Mijn vader, die al een tijdje geleden gestorven is, was Armeniër, mijn moeder een Vlaamse. Ik heb ook nog een broer. Sinds maart zijn hij en ik officieel wees. Mijn mama was ongeneeslijk ziek. Ik wist dat het afscheid ging komen. En toch kan je vooraf niet inschatten welk effect zo’n enorm verlies op je zal hebben. Ik heb me na haar dood voor de volle honderd procent op mijn werk gestort. Als tegenreactie. Ik duwde het weg. Mijn rouwperiode moet nog komen, denk ik. Als je ouders wegvallen, is het net alsof er een gigantische toren instort. Alle referenties vallen in één klap weg. Vroeger vond ik het verschrikkelijk als mijn moeder kritiek op me had. Zij was degene die me afremde. Nu doet niemand dat meer. Vandaar dat ik nu keihard werk. Gelukkig komen mijn broer en ik goed overeen en vinden we troost bij elkaar.”
Lijk je op je mama?
“Ik heb diezelfde vurigheid en naïviteit. Ik ben even argeloos. Ook mijn moeder weigerde te leven in wantrouwen. Ze was een enorm grappige vrouw. Ontelbare keren hadden we samen met de slappe lach en deden we het bijna in onze broek. Zelfs op haar sterfbed lag ze nog dwaas en onnozel te doen. In het begin waren de verpleegsters bang van haar. Mijn moeder had een kwade blik.”
Welke opvoeding kreeg je thuis?
“Mijn ouders stuurden me vooral op onderzoek uit. ‘Ga ontdekken, en loop tegen de muur als het moet. Wij zullen er altijd zijn.’ Ik kreeg een enorme vrijheid. Maar eigenaardig genoeg liet vooral mama me niet graag los. Als het even niet goed met me ging, kon ze daar echt ziek van zijn. Ze had een enorme empathie.”
Lees het volledige interview met Barbara Sarafian in Libelle 41 (14 oktober 2010)