
Interview Maggie De Block

Ze is een Mevrouw, maar eigenlijk past Maggie beter bij haar. Omdat ze onvoorstelbaar zichzelf is en tussen de mensen staat. Het wordt een vriendelijk, kordaat gesprek, want dat is Maggie ook.
Lees het volledige interview in Libelle 25 (21 juni 2012)
Je bent huisarts en nu staatssecretaris voor asiel, migratie en armoedebestrijding. Schuilt er een weldoenster in jou?
“Helemaal niet. Ik kom op voor mensen die niet in staat zijn om dat voor zichzelf te doen. Als staatssecretaris ben ik verantwoordelijk voor een kwetsbare groep in onze maatschappij. Kansarmen, alleenstaande ouders, mensen die ver verwijderd zijn van de arbeidsmarkt. Ook kinderarmoede is een gevoelig thema. Iedere ouder droomt van een beter leven voor zijn kinderen.
Nog voor de hele asielhetze losbrak, was er de commotie rond je figuur. De toon was lacherig, hoe vond je dat?
“Ik heb niet de ideale maten en dat maakte me de vreemde eend in de bijt, denk ik. Voor de pers is Maggie De Block te oud, te dik en te naturel. Ik mis misschien dat laagje glamour, maar ik hoef niet de Vlaamse Victoria Beckham te zijn. Ik wil niet gephotoshopt op affiches te staan. Dan liever als mezelf. Van die mediacommentaren lig ik niet wakker, bij zulk nieuws wil ik niet eens stilstaan. Een vrouw krijgt het altijd harder te verduren. Zwaardere mannen worden meteen interessant en belangrijk gevonden: Charles De Gaulle was niet de meest elegante man en niet bepaald een schoonheid, en toch was hij de beste president die Frankrijk ooit heeft gehad.
Hoe was je als kind?
“Ik was nog geen twee toen ik al naar de kleuterklas wilde. Ik was snel met alles. En mijn mond stond geen seconde stil. Mijn moeder ontkent dat er een tijd is geweest dat ik nog niet kon praten. (lacht) Ik hield van babbelen en van waarom-vragen. In de klas moest ik vooraan zitten, omdat ik anders niet zweeg. Ik denk niet dat ik de slimste was, maar ik was wel een leergierige meid. Mijn honger was moeilijk te stillen. Ik was snel klaar met taken en was de leerling die altijd om extra opdrachten vroeg. Dat zijn niet per se de gemakkelijkste kinderen om mee te werken.