Interview Sandrine André

Lees het volledige interview in Libelle 46 (15 november 2012).

Sinds kort speelt Sandrine André de rol van Veronique Van den Bossche in Familie. Een mooie aanleiding om met haar te praten over haar eigen familie.

Was je een moeilijke puber?

"Mijn ouders zeiden altijd: "Sandrine heeft één week gepuberd." En dat was ook zo. Ik kan het me nog perfect herinneren: we gingen een week naar Frankrijk met een bevriend koppel. Ik had net een vriendje en ik vond het verschrikkelijk om met mijn ouders mee te moeten. Toen heb ik me als een echte puber gedragen. Maar toen ik weer thuis was, in mijn eigen habitat, was het voorbij. Ik kon met mijn ouders over alles praten, ik hoefde me niet af te zetten."

Zelfs niet tegen hun job, het acteren?

"Nee, nooit. Ik heb zelfs geen plan B gehad, ik zou actrice worden. Noem het het "circusfamiliegevoel": daar stappen de kinderen toch ook gewoon mee het circus in? Ik wist gewoon niet beter, denk ik. Ik heb ook een mooi, eerlijk beeld van het vak gekregen. Er was mijn moeder, die voor elke rol moest knokken, heel dikwijls in de schaduw bleef en veel te vaak moest gaan stempelen. En er was mijn vader, die midden in de spotlights stond en van het ene project in het andere rolde. Ik wist dus dat acteren twee kanten heeft. Het biedt geen zekerheden. Er zijn niet veel rollen. En toch is het de mooiste job die ik me kan voorstellen."

Je zou in Familie eerst de vrouw van Roel Vanderstukken spelen, die je broer was in Wittekerke.

"Ik heb door hem echt getwijfeld over die rollenswitch. Ik zou eerst zijn vrouw spelen, maar toen belden ze me op: of ik het zou zien zitten om Veronique te spelen? Opnieuw samenspelen met Roel was een van de redenen om in Familie te stappen, ik heb ooit gezegd dat hij het broertje was dat ik nooit heb gehad, omdat we zo close waren. Ik keek er dus naar uit om weer met hem samen te werken."