Deze mannen kunnen koken: 4 topgerechten
01 mrt 2017
Deze week in Libelle leer je Vincent, Sami, Christophe, Tom en Lieven kennen: vijf mannen met een vurige passie voor koken. Ontdek hier hun topgerechtje!
Vincents recept voor Shangai Hot Sauce Noodles
Dit heb je nodig:
- 30 g ongeroosterde pindanoten, gepeld en ontdaan van het vliesje.
- 60 ml arachideolie
- 60 g chilibonenpasta “douban jiang” (te koop in de locale Asian shop)
- 1 ui, grof gehakt
- 2 wortels in kleine dobbelsteentjes gesneden
- 100 g five spice tofu, in kleine dobbelsteentjes gesneden
- 2 koffielepels suiker
- 300 g gedroogde noedels.
- 1 lenteuitje, grof gehakt
- groentenbouillon
Zo maak je ’t:
- Bak de pinda’s in de olie op een laag vuur gedurende 2 minuten, tot ze net goudbruin worden. De pinda’s zullen extra olie loslaten en het mengsel wordt heel geurig.
- Voeg de chilibonenpasta toe aan het mengsel en roerbak gedurende 30 seconden zodat de kleur en smaak van de chili zich goed vermengt met de olie.
- Voeg nu de ui toe en laat 2 minuten garen. Voeg daarna de wortelen, de five spice tofu en de suiker toe, en roerbak 3 minuten op een zacht vuur.
- Voeg nu 1 soeplepel bouillon toe. Roerbak tot alle vocht is verdwenen (ongeveer 5 minuten). Voeg nog een lepel bouillon toe en laat opnieuw verdampen. Hierdoor gaan alle smaken goed dooreen blenden.
- Voeg nog zo’n 3 à 4 lepels bouillon toe, en breng aan de kook. Zet het vuur laag en laat zo’n 30 minuten sudderen. Roer regelmatig om zodat de saus aan de rand van de wok niet verbrandt. De saus moet uiteindelijk ongeveer nog ongeveer 1 lepel bouillon bevatten, en heel veel olie.
- Kook ondertussen de gedroogde noedels ‘al dente’ volgens de richtlijnen op de verpakking. Het is altijd leuk on nog wat beet te hebben op de noedels in een soep. Giet het kookvocht niet weg!
- Verdeel de noedels in de soepkommen, en giet de saus erover. Kruid eventueel af met wat zout en giet daarna het kookvocht van de noedels in de kom. Werk af met de gehakte lente-ui en serveer warm!
Lievens recept voor garnaalkroketten (ong. 20 stuks)
Dit heb je nodig:
- 70 g boter
- 100 g bloem
- 4 dl melk
- 500 g gepelde garnalen
- 2 eieren
- 1 dl room
- 1 citroen
- 10 g gelatine (5 blaadjes)
- zout – peper – cayennepeper – nootmuskaat
- ketchup
Zo maak je ’t:
- Laat de boter smelten en voeg er daarna de bloem aan toe. Vermeng dit tot een ‘roux’ waarna je de melk er bij beetje aan toe voegt tot een smeuïge pâte. Deze gedurende 8 à 10 minuten zachtjes laten doorkoken om de bloemsmaak te verdrijven. Tijdens deze periode 1 à 2 eetlepels ketchup aan toevoegen om de pâte een rozig uitzicht te geven. Regelmatig roeren. Op smaak brengen met zout, peper, nootmuskaat en een beetje cayennepeper. Eventueel kan aan de pâte ook een beetje witte wijn worden toegevoegd.
- Ondertussen de gelatine 5 minuten laten weken in koud water en daarna laten uitlekken.
- De eieren splitsen (eiwit bewaren) en de dooiers mengen met de room.
- Na het doorkoken de gelatine door de pâte roeren tot deze volledig is opgelost. Nog 2 minuten zachtjes laten doorkoken.
- De pan van het vuur halen en het ei/roommengsel aan toevoegen.
- De garnalen aan toevoegen en tot slot nog citroensap toevoegen naar eigen smaak (maximum sap van 1 citroen).
- De pâte in een vierkante of rechthoekige schaal gieten tot een dikte van 2½ à 3 cm. Tip:Leg op de bodem licht geoliede aluminiumfolie.
- Dek ook af met geolied aluminiumfolie, zo krijg je geen vel op de pâte.
- Laat de pâte opstijven in de koelkast. Nadien kun je deze makkelijk in blokken snijden van 3 x 6 cm.
- Rol de blokjes door de bloem, daarna door het losgeklopt eiwit (vermengd met een scheutje olie, peper en zout en een vingerhoedje water), en daarna door het paneermeel.
- Bak de kroketten in een vet van 180 à 190 °C.
- Serveer met wat gefrituurde peterselie en een partje citroen
Tips van Lieven:
- De reeds gebakken kroketten kun je bewaren in een vuurvaste schotel die vijf minuten werd opgewarmd in een oven van 180 °C. (Bedek de schotel met keukenpapier en dek af met aluminiumfolie.)
- Let op dat je niet teveel kroketten in het vet legt (maximum 4 naargelang de grootte), anders koelt het vet te vlug af en barsten de kroketten.
Tom en Christophes recept voor hutsepot
Dit heb je nodig:
- 10 varkensstaarten
- 300g gerookte spek
- 1kg rundsvlees (nek of schenkel)
- grote pot met koud water
- 1 selder
- 1 prei
- laurier
- peterselie
- 3 wortelen
- zeezout
- spruitjes of savooikool
Zo maak je ’t:
Heldere bouillon
- Leg 10 varkensstaarten, 300 g gerook spek en 1 kg rundsvlees (nek of schenkel) in een grote pot met koud water. Laat even opkoken, giet het water af en spoel het vlees onder koud stromend water.
- Voeg het vlees opnieuw toe aan een grote pot koud water, samen met een bouquet marmite (selder, prei, laurier, peterseliestengel) en 3 wortelen. Breng aan de kook en laat minstens 3u op laag vuur pruttelen.
- Zeef de bouillon en laat inkoken en kruid af met peper en zout.
Varkensstaart
- Pluk het vlees uit de varkensstaarten, kruid met peper en zout en maak er met vershoudfolie een rolletje van dat je aan de zijkanten aandraait en zo opspant.
- Bewaar in de diepvries.
- Snijd zonder te ontdooien kleine plakjes en kleur die kort aan in de pan op hoge temperatuur.
Gefermenteerde wortel en spruit
- Weeg de wortels en wrijf ze in met 3% zeezout van het totaalgewicht.
- Doe de wortels met het zout in een schone, glazen pot en vul aan met pekel (water en 3% zeezout) tot wanneer de wortels volledig onder staan. Voorzie wel nog enkele centimeters ruimte onder het deksel. Sluit de pot goed af en laat fermenteren. Na een tweetal weken kan je de wortels gebruiken, maar geen haast, die bewaren zeker nog maanden.
- Doe hetzelfde met de spruiten, of probeer savooikool of prei.
Afwerking
- Neem enkele blaadjes gefermenteerde spruit en schijfjes gefermenteerde wortel, voeg er een plakje gebakken varkensstaart toe en overgiet met de vleesbouillon.
Sami’s recept voor wok met kip en groene curry
Dit heb je nodig voor twee personen:
- 350g kipfilet
- 1 teentje look
- 1 stukje gember
- 400ml kokosmelk
- 2 koffielepels groene currypasta
- 1 koffielepel kurkuma
- 1/2 witte kool
- 2 stengels prei
- 1 rode ajuin
- 200g nestnoedels
- 1/2 limoen
Zo maak je ’t:
- Snijd de kipfilet in kleine stukjes.
- Doe ruim wat olijfolie in een wok pan en bak de kipfilet in de wok pan goudbruin.
- Schil de gember en snij hem in kleine stukjes, plet de look en voeg bij de kip.
- Snijd de prei in kleine blokjes (brunoise), de rode ajuin in halve ringen en de witte kool in fijne reepjes (julienne).
- Voeg de prei, rode ajuin en de witte kool bij de gebakken kipfilet en laat alles samen rustig stoven.
- Voeg er na ong. 3min. de kokosmelk toe samen met de groene currypasta en de kurkuma.
- Laat alles nog 3 minuten pruttelen op een zacht vuurtje.
- Kook ondertussen de nestnoedels (volgens verpakking) en voeg toe aan de wok.
- Kruid af met een beetje zout en het sap van een halve limoen en werk af met wat platte peterselie en een limoenschijfje.