Hannelore

Uit het hart van Hannelore: ” ‘Planten mogen niet té nat staan’, zeg ik tegen Polly. Maar zij blijft gieten”

Hannelore Bedert (38) is singer-songwriter en auteur. Ze heeft 2 kinderen, Hoppe (11) en Polly (6). Ze verloor in 2019 haar man Stijn. 

“Toch jammer, hè, dat papa er niet meer bij is?” Polly zegt het terwijl ze de terrasplanten water geeft. Als ik haar uitleg dat de planten niet per se in een zwembad hoeven te staan, dat té natte voeten voor planten niet zo goed zijn, zegt ze dat zij weet wanneer planten dorst hebben. En dat het vandaag zeer warm is. En dat de planten dus dorst hebben. En dat zwemmen leuk is. En natte voeten ook.

Soms heeft Polly te veel woorden. Soms lach ik, soms leg ik mij er gewoon bij neer. Omdat ik het enkel over de planten heb, kijkt Polly mij ongeduldig aan. Ze weet ondertussen dat ik niet altijd meer antwoord op de vele vragen die ze stelt, op de dingen die ze zomaar luidop zegt. Doorgaans ben ik geïnteresseerd in wat mijn kinderen te vertellen hebben, maar soms zijn het ook zomaar wat woorden, soms hoor ik hen luidop denken en heb ik niet per se iets te zeggen.

“Het is niet dat Stijn godganse dagen door mijn hoofd spookt, soms is hij er zelfs dagenlang niet, maar er is nu eenmaal veel dat ons aan hem herinnert”

Nu staat Polly mij echter met haar handje in haar zij aan te kijken. “Toch?” Ik knik, en zeg dat het zeker zo is, dat ik het nog elke dag jammer vind dat papa er niet meer is. “Wanneer dan precies?” vraagt ze. Ik probeer niet te zuchten. Al de hele dag heb ik niet aan Stijn gedacht, bij deze is dat weer voorbij. Het is niet dat Stijn godganse dagen door mijn hoofd spookt, soms is hij er zelfs dagenlang niet, maar er is nu eenmaal veel dat ons aan hem herinnert. Kleine dingen. Zoals een barstje in een plint dat hij nog graag wilde wegwerken, een struik die ik verplant heb en zo graag aan Stijn wil tonen: kijk, hij groeit!

Maar nog meer in de grootse dingen. Voor vrienden van Stijn is het blijkbaar hard om mij te zien, want dan worden ze ermee geconfronteerd dat hun vriend er niet meer is. Als ik de kinderen zie, zie ik Stijn. Als de kinderen mij zien, zien ze hun papa niet. Je leert er gaandeweg mee leven, maar één ding staat vast: vergeten lukt niet. En ik wil het ook niet, al zou het de dagen misschien een tikkeltje makkelijker kunnen maken.

“Heel vaak eigenlijk”, zeg ik, als antwoord op Polly’s vraag. “Maar wanneer dan precies?” Ze laat zich niet zomaar afschepen. Nooit eigenlijk. Dus ga ik op het bankje zitten, klop even naast me op het zitgedeelte, waarna zowel Polly als de kat naast me komen zitten. Polly wil mij een knuffel geven, maar ik reageer dat haar handjes vuil zijn. “Weet ik”, zegt ze, waarna ze me toch knuffelt.

“Ik mis papa bij heel veel dingen”, zeg ik. “Als ik jullie naar school breng, als ik in de tuin werk, als ik pauze neem tijdens het schrijven en graag even koffie met hem wil drinken, als jullie iets leuks doen en we willen dat aan hem tonen, als ik ga slapen, als ik wakker word…” Ik wacht even, denk na. “Soms mis ik hem ook niet, hoor. Soms ben ik er al een beetje aan gewoon geraakt”, zeg ik.

Polly kijkt me met grote ogen aan. “Maar dat is niet erg, hè, Polly”, haast ik me meteen. “Papa zou niet willen dat we de hele tijd verdrietig zijn. Maar ik vind het inderdaad vaak jammer dat hij er niet meer bij is.” “Ik mis papa ook bij al die dingen”, zegt ze. “Maar niet als ik slaap. Want dan weet ik niks. Omdat ik slaap.” Ik glimlach, zeg dat dat goed is. Dat slapen ervoor zorgt dat je hoofd even stopt met werken, dat het goed is om even te rusten, even niet na te denken. Ze knikt, zegt dat ze haar gietertje nog eens gaat bijvullen. Ik zeg dat de planten nu echt wel genoeg water hebben gehad, maar Polly luistert al niet meer.

“Je leert er gaandeweg mee leven, maar één ding staat vast: vergeten lukt niet”

Terwijl ze aan het kraantje draait, vraagt ze wanneer we eten. Als ik antwoord dat ik over een halfuurtje aan het eten zal beginnen, vraagt ze hoelang dat is. “Je moet 30 keer tot 60 tellen”, glimlach ik. Ze fronst haar wenkbrauwen even, zegt dan dat ze 10 keer tot 29 zal tellen, dat het dan ook wel tijd zal zijn. Geamuseerd kijk ik hoe ze haar gietertje vult, ondertussen naarstig tellend. 10 keer tot 29 tellen is ook goed. En water geven aan planten is ook goed. Doe maar. Soms is het prima om gewoon eens niet te doen wat er van je wordt gevraagd.

LEES MEER VAN HANNELORE BEDERT:

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."