Hannelore

Uit het hart van Hannelore: “Vaak denk ik: waar klaagde ik vroeger in godsnaam over?”

Hannelore Bedert (38) is singer-songwriter en auteur. Ze heeft 2 kinderen, Hoppe (11) en Polly (6). Ze verloor in 2019 haar man Stijn. 

Een tijdje geleden zat ik op een terras met een vriendin, lotgenote, net als ik op jonge leeftijd weduwe geworden. Tijdens het gesprek, dat overwegend vrolijk en hoopvol is – ik kan niet genoeg benadrukken dat we géén triestige plantjes zijn, ha! – zegt ze: “Ik word de laatste tijd echt gek van mijn gescheiden vrienden.” Bijna verslik ik me in mijn broodje, zo graag wil ik meteen “Och! Ik ook!” roepen.

De vriendin lacht, zegt dat ze blij is dat ze het eens vrijuit mag zeggen, dat ze het gevoel heeft over eieren te moeten lopen wanneer ze in de buurt is van gescheiden vrienden, dat die zo enorm vaak klagen over zaken die voor een alleenstaande moeder of vader dagelijke kost zijn. Met draaiende ogen en een zeurende stem imiteert ze: “Het is toch wel heftig, hoor, alles alleen doen in de week dat de kindjes bij mij zijn”.

Ik lach, zeg dat ik die zin ook al tot vervelens toe heb gehoord, in allerlei varianten. Gescheiden koppels maken meer dan ooit deel uit van hedendaagse gezinsstructuren en ik ben me er heel erg van bewust dat het niet overal op dezelfde manier verloopt. Er zijn situaties waarbij een van de partners zijn of haar kat stuurt, waarbij het kommer en kwel is, waarbij miserie de bovenhand neemt. Er zijn mensen die echt met hun volle lijf en hart vader of moeder willen zijn en het verschrikkelijk vinden dat ze dat niet meer fulltime kunnen of mogen. Je zult me niet horen zeggen dat dat geen rotsituaties zijn.

“Dat je je kinderen een week fulltime alle aandacht kunt geven, maar dat je daarna een weekje tijd hebt voor jezelf, voor een alleenstaande moeder klinkt dat als muziek in de oren”

Maar als ik om mij heen kijk, dan maken die uitzonderlijke situaties hooguit tien procent uit van alle taferelen waarbij gescheiden ouders opnieuw hun weg zoeken in het leven. Misschien heb ik er een vertekend beeld van, dus: ik sta open voor bijsturing, maar in veel situaties rondom mij lopen de levens van de gescheiden ouders best wel goed en is enkel ‘de wissel van de kinderen’ wat ongemakkelijk, of loopt de communicatie stroef. Doorgaans hoor ik, naast het vele geklaag, ook: “Goh, zo’n weekje kinderen en dan een weekje op adem komen, dat is toch het beste van twee werelden.” En om díé zin gaat het dus. Die uitspraak. Geweldig, toch?

Dat je je kinderen doodgraag ziet, dat je hen een week fulltime alle aandacht kunt geven, maar dat je daarna een weekje tijd hebt voor jezelf, om dan opnieuw klaar te staan voor een week met je kinderen. Voor een alleenstaande moeder klinkt dat als muziek in de oren. Hemels! Ik zie mijn kinderen doodgraag – ik denk niet dat ik daar nog een tekening bij moet maken hier –, maar als ze even bij familie logeren, als ik even tijd heb om alleen aan mezelf te denken, hetzij voor werkzaken, hetzij voor ontspanning, dan kan ik daar onwaarschijnlijk van genieten, dan laadt mijn batterij weer op.

Dus ja, ik moet mijn woorden al eens inslikken, want ook al zal het als gescheiden koppel heus af en toe niet simpel zijn, de andere ouder ís er wel nog, deelt mee in de verantwoordelijkheid, de zorg, en misschien nog het meest: in de liefde voor de kinderen. Ik zou veel geven om voor mijn kinderen opnieuw die ene persoon te hebben die hen even graag ziet als ik. Ook al zouden we dan gescheiden moeten leven, ze zouden tenminste hun papa nog hebben. En ik zou de dagen dat ze bij hun papa zijn echt tijd maken voor mezelf.

“Misschien leer je pas echt relativeren wanneer het leven je daartoe dwingt”

Alleen: dat is niet hoe het hier is. Hoppe en Polly zijn fulltime bij mij. En zo goed als elke stap zet ik alleen, zo goed als elke beslissing neem ik alleen. Dat is oké, heus, het is wat het is en ik heb niet het gevoel dat ik reden heb toch klagen. Er is niemand om kwaad op te zijn (al zou dat misschien heel af en toe eens deugd doen) en er zijn er op deze aardbol die het nog een pak moeilijker hebben dan ik.

Ik leg mij erbij neer dat de klagers het zelf niet doorhebben, dat ze niet beter weten, dat ze niet begrijpen dat het elders vaak nóg ingewikkelder is. Voor Stijn stierf, kloeg ik er ook soms over dat ik altijd degene was die de kinderen naar school moest brengen omdat hij zijn trein naar Brussel te halen had. Nu denk ik: waar was ik in godsnaam over aan het klagen? Ik wist niet beter. Misschien leer je pas echt relativeren wanneer het leven je daartoe dwingt.

LEES MEER VAN HANNELORE BEDERT:

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."