mijn verhaal
© Getty Images

Mijn verhaal: Leen heeft nooit geweten waarom haar moeder zelfmoord pleegde

Door De Redactie

De moeder van lezeres Leen pleegde zelfmoord twee dagen voor haar zestigste verjaardag. Leen heeft nooit écht goed geweten waarom, en vertelt over het moeilijke verwerkingsproces.

Leen (53): “Het is een hardnekkige mythe dat mensen die zeggen dat ze zelfmoord willen plegen, dat nooit zullen doen. Dikwijls worden ze afgeschilderd als aanstellers of aandachtszoekers, maar dat maakt mij ontzettend boos. Geloof mij: wie zegt dat hij van plan is om zelfmoord te plegen, zal dat vroeg of laat doen. Het kan misschien nog jaren duren, maar zo’n uitspraak is altijd een noodkreet die je niet mag negeren. Schenk er dus aandacht aan, zodat je niet met een schuldgevoel achterblijft. Ook ik heb van mijn moeder verschillende keren te horen gekregen dat ze van haar balkon of in de vaart zou springen. Ik heb die uitspraken telkens serieus genomen, maar desondanks kon ik niet voorkomen dat ze daadwerkelijk een einde aan haar leven maakte. Wat zo frustrerend is, is dat het gebeurde op een moment waarop ik het helemaal niet zag aankomen. Ik dacht net dat het na een moeilijke periode opnieuw goed met haar ging.

Ik heb lang niet geweten dat mijn mama psychische problemen had. Ze was een lieve moeder en een zorgzame grootmoeder voor mijn twee kinderen. Toen mijn vader na een drukke carrière op pensioen ging, keek ze er naar uit om meer tijd met hem door te brengen. Papa had altijd veel en graag gewerkt, en nu kon hij het eindelijk wat rustiger aandoen. Ze verhuisden naar een appartement en begonnen aan een nieuw leven, althans dat hoopte mijn mama. Ik had haar al gewaarschuwd dat papa een echte huismus was en dat hij na zijn drukke loopbaan misschien niet de behoefte zou voelen om van alles met haar te ondernemen. Toch verheugde ze zich op allerlei activiteiten en uitstapjes die ze samen zouden gaan maken. Dat dat niet gebeurde, zorgde voor een grote teleurstelling. Papa deed wat hij kon om haar gelukkig te maken, en gìng ook met haar op vakantie, maar er knaagde een ontevredenheid in mama, die we nooit hebben kunnen verklaren. Als reactie begon ze te drinken. Achteraf heeft mijn vader mij verteld dat ze vroeger ook al een moeilijke periode had gehad, maar dat heb ik als kind nooit geweten. Dit keer zocht mama opnieuw troost in de alcohol.

Aanvankelijk dronk ze af en toe een glaasje, maar haar alcoholgebruik ontspoorde. Op een bepaald moment voelde het niet goed meer om mijn twee jonge kinderen bij haar achter te laten. Toen heb ik gedreigd de kleinkinderen van haar weg te houden als ze niet zou stoppen met drinken. In die periode begonnen de wanhopige telefoontjes waarin ze dreigde er een einde aan te maken. Elke keer liet ik op zulke momenten alles vallen en reed ik onmiddellijk naar haar toe. Ik had het gevoel dat ik dat móést doen, ik ben enig kind en mijn vader… hij stond gewoon machteloos tegenover haar hysterische aanvallen. Ik heb verschillende keren geprobeerd om te achterhalen waarom ze zich zo wanhopig voelde, maar ze had nooit echt een antwoord. En omdat ze zo was, was haar uitleg telkens heel onsamenhangend. Na de zoveelste crisis drong ik aan op een opname, en uiteindelijk heeft ze zich ook laten opnemen. Op een zondagnamiddag belde ze mij op om te zeggen dat ze diezelfde dag nog hulp wilde gaan zoeken. Die hebben we uiteindelijk gevonden in een open psychiatrische afdeling van een ziekenhuis in de buurt.

“Ze is altijd een kei geweest in mensen doen geloven dat alles goed met haar ging”

Achteraf bekeken is er maar één ding waar ik kwaad om ben, en dat is dat de hulpverleners haar veel te snel terug naar huis hebben laten gaan. Al het eerste weekend na haar opname mocht mama naar huis komen, en amper een week later werd ze ontslagen uit de psychiatrie. Ik geloofde niet dat iemand in zo’n korte periode volledig kon ontwennen, maar kreeg geen gehoor bij de dokters. Pas maanden later heb ik hen daarover kunnen aanspreken en vertelden ze mij dat mama heel overtuigend kon zijn. Ze is altijd een kei geweest in mensen doen geloven dat alles goed met haar ging. Ze was zelf verpleegster geweest en wist perfect wat ze tegen de dokters moest zeggen om hen in de waan te laten dat ze genezen was. Ik heb hen nooit vergeven dat ze dat toen niet in de gaten hadden. Ook mijn vader was blind voor haar problemen. Hij hield zielsveel van mijn moeder en wilde altijd het beste in haar zien. Uit liefde voor haar wilde hij geloven dat ze genezen was en dat ze terug naar huis kon komen. Hem kon ik niks kwalijk nemen, maar de dokters hadden beter moeten weten. Misschien had alles dan heel anders gelopen.

Ondanks mijn twijfels moest ik uiteindelijk ook mijn mening bijstellen toen we enkele weken na haar opname samen Pasen vierden. Mama had een gezellige brunch georganiseerd voor de familie. Ze had niet gedronken, en ze was opvallend vrolijk die dag. Ik kon zien dat ze goed in haar vel zat. Het was hoopgevend om haar zo zorgeloos te zien lachen. Ik herinner me dat ik bij het buitengaan tegen mijn man zei dat ik geloofde dat ze op de goede weg was. Ik was opgelucht en moest toegeven dat ik mij misschien wel vergist had over haar snelle ontslag uit de ontwenningskliniek. Het deed zo’n deugd om opnieuw een normaal gezin te zijn, en ik was blij dat mijn kinderen hun grootmoeder nog eens gelukkig hadden gezien. Bij ons vertrek maakten we een afspraak om drie dagen later samen te gaan shoppen. Mijn oudste zoon deed zijn vormsel en mama wilde nieuwe kleren kopen. Ze was veel afgevallen en wilde er goed uitzien voor de feestelijke gelegenheid. Ik vond het een leuk vooruitzicht om nog eens een moeder-dochter-moment te hebben.

“Ze belde me en vroeg of ik haar zou komen ophalen voor ons dagje shoppen. Dat was de laatste keer dat ik haar gehoord heb”

Toen ik haar de dag daarna aan de telefoon had vertelde ik haar hoe fijn het paasfeest was geweest. Ook zij zei dat ze ervan genoten had, en ze bevestigde onze afspraak voor woensdag. Ze vroeg nog of ik haar zou komen ophalen. Dat was de laatste keer dat ik haar gehoord heb. In de nacht van maandag op dinsdag kreeg ik telefoon van een oom. Hij vertelde dat mijn moeder dood was… Mijn vader had haar levenloos in bad gevonden. Ze had een cocktail van alcohol en medicatie ingenomen. Ze had alles heel goed voorbereid. Als verpleegster wist ze perfect hoe groot de dosis pillen moest zijn, en die had ze bij elkaar gespaard. Ze koos ervoor om het in bad te doen, zodat wij achteraf geen rommel zouden hebben. Mama had altijd gezegd dat ze haar zestigste verjaardag niet zou halen. Ze stierf twee dagen voor ze zestig zou worden….

Mama had geen afscheidsbrief achtergelaten, en dat kwam heel hard aan. Ze had alles zo grondig voorbereid, had ze daar dan niet aan kunnen denken? Het eerste wat ik voelde toen ik haar lichaam zag, was dan ook woede. Dit vergeef ik u nooit, heb ik tegen haar gezegd. Onmiddellijk daarna ben ik in actie geschoten om mijn vader op te vangen. Ik heb mijn tranen weggeduwd en ben in een soort praktische modus geschoten.

Pas negen maanden later, toen ook mijn vader van mij werd afgenomen, heeft het verdriet mij ingehaald. Papa had al langer longproblemen en na de dood van mijn moeder, vond hij de moed niet meer om te vechten. Na een lange periode van ziekte is hij heel rustig ingeslapen. Hij was pas tweeënzestig, maar hij heeft zich laten gaan uit verdriet. Ook dat heb ik mijn mama nog lang verweten. Als zij er nog was geweest, had papa langer blijven leven, daar ben ik zeker van. Na de dood van mijn vader ging het licht uit bij mij. In amper een jaar verloor ik mijn beide ouders: het voelde alsof de grond onder mijn voeten werd weg geveegd.

Die eerste jaren na mama’s dood, heb ik mij dikwijls afgevraagd of ik iets over het hoofd gezien had. Waren er signalen geweest die ik gemist had? Had ik mijn mama wel de hulp gegeven die ze nodig had? Het blijft gissen naar de precieze reden van haar keuze, maar ik heb mezelf gedwongen om het los te laten. Ik zal het nooit weten. Ik weet alleen dat ik mijn uiterste best heb gedaan om haar te helpen. Dat geldt trouwens ook voor de rest van haar familie en vriendenkring. Niemand had dit kunnen zien aankomen. Zoals ik al zei: iemand die uit het leven wil stappen kun je niet tegenhouden. Mijn moeder heeft altijd een heel laag zelfbeeld gehad. Ondanks haar zorgeloze jeugd en gelukkige huwelijk bleef ze aan zichzelf twijfelen. Als buitenstaander is het heel moeilijk om iemands zelfvertrouwen op te krikken als die persoon er zelf van overtuigd is dat hij of zij niks waard is. Ik weet nu hoe de combinatie van een negatief zelfbeeld en niet ingevulde levensverwachtingen voor wanhoop kunnen zorgen.

“Heb ik iets over het hoofd gezien? Waren er signalen geweest die ik gemist had? Had ik mama wel de hulp gegeven die ze nodig had?”

Diep vanbinnen kan ik dus ergens begrijpen waarom ze het gedaan heeft, maar ik blijf het verschrikkelijk jammer vinden dat ze niet meer professionele hulp heeft gezocht. Als ze eerlijk was geweest tegenover de hulpverleners over wat er in haar omging was er misschien nog hoop geweest. Ik heb haar vergeven, maar het had zo niet mogen eindigen.

De dood van mijn moeder heeft mij veranderd. Vroeger was ik heel optimistisch, maar ook ik heb nu een negatiever zelfbeeld. In de nasleep van het verdriet om mijn ouders is mijn huwelijk op de klippen gelopen en ben ik mijn werk kwijtgeraakt. Ook al stonden die gebeurtenissen los van de zelfmoord van mijn moeder, toch geloof ik dat ze er onrechtstreeks een gevolg van zijn geweest. Ik ben nooit meer de onbezorgde vrouw geworden die ik vroeger was.

Het is geen makkelijk proces geweest, maar ik heb na mijn scheiding beslist dat ik opnieuw gelukkig wilde worden. Ik had twee keuzes: bij de pakken blijven zitten en medelijden hebben met mezelf, of er het beste van maken. Ik heb voor dat laatste gekozen en doe er alles aan om positief te denken. Ik vecht elke dag tegen de negativiteit en ik ben vastberaden om iets van mijn leven te maken. De ene dag lukt dat al wat beter dan de andere, maar ik heb heel veel lieve vrienden om mij heen die altijd voor mij klaarstaan en fantastische kinderen.

Een van de manieren om om te gaan met het verleden is mijn verdriet om te zetten in iets positiefs. Dat doe ik als vrijwilliger bij Werkgroep Verder, een organisatie die nabestaanden van zelfmoordslachtoffers helpt bij de verwerking. Aanvankelijk ging ik er zelf op zoek naar steun van lotgenoten. Ik voelde dat het moeilijk was om met naasten over mijn verdriet te praten. Dat lukte mij beter bij mensen die iets gelijkaardigs hadden meegemaakt. Ik kreeg er steun en begrip, en ben er daarna zelf als vrijwilliger aan de slag gegaan. Door lotgenoten te ondersteunen, lukte het mij beter om mijn verleden te verwerken, al zijn er ook momenten waarop ik een stap terug moest zetten. Wanneer je het zelf emotioneel zwaar hebt en niet sterk in je schoenen staat, kun je geen luisterend oor zijn voor anderen. Dan komen hun problemen te dichtbij en is het niet evident om jezelf af te schermen voor hun verdriet.

“Mensen schrikken vaak als iemand hen vertelt dat hij of zij het moeilijk heeft. Ze weten niet hoe ze dan moeten reageren. Terwijl het zo simpel is: gewoon luisteren”

Luisteren is en blijft het beste wat je kunt doen als iemand het moeilijk heeft. Mensen schrikken vaak als ze iemand hen vertelt dat hij of zij het moeilijk heeft. Ze weten dan niet hoe ze moeten reageren en durven niet door te vragen. Terwijl het eigenlijk zo simpel is: luisteren, geen oplossingen geven, maar écht luisteren, is het enige wat je kunt doen. Leg een hulpkreet ook nooit zomaar naast je neer. Heb oog voor kleine signalen, vraag je dierbaren hoe het met hen gaat. En wees niet bang om een eerlijk antwoord te krijgen. Ook mensen die ooit al een zelfmoordpoging hebben ondernomen moet je blijven opvolgen, want je weet nooit wanneer hun donkere gedachten opnieuw zullen opduiken. Aan mensen die het moeilijk hebben, zou ik willen zeggen dat ze moeten beseffen dat het leven voor iedereen wel eens moeilijk is, dat het geen zin heeft om daarover te liegen. Daarom raad ik iedereen die zich slecht voelt aan om zo snel mogelijk professionele hulp te zoeken. Om mijn mama te redden is het jammer genoeg te laat, maar ik hoop dat ik op deze manier toch nog iets kan betekenen voor mensen die hetzelfde meemaken.”

Verder na een zelfdoding

“Mensen moeten weten dat ze niet alleen zijn met hun verdriet, dat we altijd klaarstaan met een luisterend oor en professionele ondersteuning”

Lore Vonck is rouwtherapeut en coördinator van Werkgroep Verder na Zelfdoding, een organisatie die de nabestaanden van slachtoffers ondersteunt. Zij benadrukt dat rouwen een heel persoonlijk proces is dat bij iedereen anders verloopt. Maar na een zelfdoding is het rouwproces doorgaans erg zwaar. Wie geconfronteerd wordt met de zelfdoding van een familielid, partner of vriend(in), blijft dikwijls met veel vragen achter, zeker wanneer er, zoals bij Leen, geen afscheidsbrief is.

Lore Vonck: “Slechts één op de drie slachtoffers van zelfdoding laat een afscheidsbrief achter. Dat maakt het rouwproces extra zwaar, samen met het feit dat nabestaanden de dood niet hebben zien aankomen. Onverwachte overlijdens, zoals een zelfdoding of een tragisch ongeluk, zijn altijd moeilijker te verwerken dan andere overlijdens. Maar bij een ongeluk weet je als nabestaande wat er gebeurd is en ken je de omstandigheden die aan het overlijden vooraf gingen. Bij een zelfdoding kun je dat nooit helemaal zeker weten, zelfs als je denkt de oorzaak van de wanhoopsdaad te kennen.

Een zelfdoding is altijd het gevolg van verschillende factoren: een combinatie van psychische problemen en externe stressfactoren. Nabestaanden focussen meestal op die laatste, wanneer er bijvoorbeeld een relatiebreuk of een ontslag aan de zelfdoding is voorafgegaan. Uiteraard spelen die mee, maar het zijn slechts druppels in de emmer van oorzaken. Heel veel nabestaanden kampen met schuldgevoelens en gaan op zoek naar de exacte reden van het overlijden. Als ze die niet bij zichzelf vinden, projecteren ze die op anderen, zoals familieleden of hulpverleners. Een zelfdoding zorgt voor veel onbegrip, boosheid en zelfs tegenstrijdige emoties zoals kwaad zijn op die persoon, maar die tegelijk ook graag zien. Net dat maakt het zo moeilijk om mee om te gaan.

Binnen een familie rouwt iedereen anders. Iedereen worstelt met zijn eigen vragen en schuldgevoelens en vaak verloopt de communicatie stroef omdat mensen elkaar willen sparen. Of mensen voelen zich alleen met hun verdriet omdat familieleden of vrienden op een meer afstandelijke manier rouwen. Je mag ook niet onderschatten hoeveel mensen nog steeds een stigma voelen na de zelfdoding van een geliefde. Ze durven of kunnen er met niemand over praten en voelen zich eenzaam en isoleren zich. Ze denken dat niemand kan begrijpen wat zij meemaken. Daarom focussen wij heel erg op contact met lotgenoten. Zij weten wel hoe het voelt en kunnen troost bieden. Met de Werkgroep Verder na Zelfdoding organiseren we verschillende activiteiten zoals praatgroepen met lotgenoten en hulpverleners, een congresdag en een wandeling waar mensen troost en erkenning kunnen vinden. We hebben ook een groot onlineplatform met een forum en een groeps-chat. Mensen moeten weten dat ze niet alleen zijn met hun verdriet, en dat we altijd klaar staan met een luisterend oor en professionele ondersteuning.”

Zit je zelf met vragen?

Meer info:

1830 is het nummer van de zelfmoordlijn, daar kun je dag en nacht – anoniem – terecht voor een gesprek.

Uit: Libelle 23/2020 – Tekst: Ans Vroom

MEER OPENHARTIGE VERHALEN:

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."