Spot jij deze vogels in jouw tuin? En wat weet je ervan?

Door De Redactie

Vergeet onze gevleugelde vriendjes niet deze winter! Met allerlei lekkers als zaden, noten en etensrestjes wordt je tuin een echte fly-in vol powerfood! Maar herken jij de vogels die dagelijks op bezoek komen in onze Vlaamse tuinen?

Flamboyante houthakker: grote bonte specht

Als hij voorbijvliegt, is hij beslist gezien, met zijn wit-zwarte vederdek en z’n opvallend rode ‘broek’.

Zijn dieet

  • Insecten(larven),
  • in de winter zaden van dennen- en sparrenappels, en allerlei noten.
  • Op de voedertafel is hij verlekkerd op vetbollen.
  • Hang een halve kokosnoot met vet of een reep spek tegen een boomstam.

Te gek!

De grote bonte specht hakt zijn nest uit in een boom, gemiddeld doet hij er zo’n 14 tot 25 dagen over. Gelukkig gebruikt hij het nest wel meerdere jaren.

Superslim

Met z’n snavel ramt hij tegen de boomstam tot wel zeven meter per seconde, en tóch krijgt hij geen hoofdpijn. In zijn schedel zit namelijk weinig vocht, zodat de trillingen de hersenen beperkt bereiken, en ook het sponsachtig bot tussen snavel en voorhoofd vangt de trillingen mee op.

Slimme acrobaat: boomklever

Een grappig, compact vogeltje: blauwgrijs vanboven, met een oranjebruine buik, een dikke kop en lange snavel. Over zijn oog loopt een lange rechte ‘eyeliner’-streep.

Zijn dieet

  • Insectenlarven, oorwormen, kevers, spinnen.
  • In de winter ook zaden, beuk- en hazelnoten.
  • Soms drinkt hij het sap van es, esdoorn, populier en berk.
  • Stop hazelnoten, pinda’s of vet(bollen) in gaten in een boom, want boomklevers eten het liefst al klauterend tegen de boomstam.

Te gek!

De boomklever is de enige inheemse vogel die zowel naar boven als naar beneden, met de kop naar omlaag kan klimmen.

Superslim

Boomklevers leggen voedselvoorraden aan waarbij ze elk item apart verstoppen. Ze kunnen de exacte locatie tot 30 dagen onthouden!

Kleine notenkraker: groenling

Hij mag dan wel kleurrijk geelgroen ogen, het is niet de meest elegante vogel, met zijn dikke stierennek, en zijn korte dikke snavel. De vrouwtjes hebben al helemaal geen geluk, die kregen maar een heel klein beetje geel van moeder natuur toebedeeld. Helaas, al 7 jaar op rij daalt het aantal groenlingen in Vlaanderen.

Zijn dieet

  • Zaden en rozenbottels.
  • Op de voedertafel pikt hij er de zonnebloempitten en pinda’s uit.

Foei!

In de 17de en 18de eeuw stonden groenlingen (en andere vinkachtigen) regelmatig op het menu, zelfs nog tot het midden van de 20ste eeuw! Gelukkig is dat verleden tijd.

Superslim

Met z’n dikke snavel kan de groenling de hardste noten en zaden aan. Hij kraakt ze niet domweg, maar trilt ze in zijn snavel, terwijl hij ze ronddraait. Zo komt de vrucht los uit de schil.

Grappige slimmerik: putter

Deze vrolijke kwetteraar herken je meteen aan z’n vuurrood gezicht en inktzwarte vleugels met een gele streep. Heel frequent komt hij niet in de tuin voor, maar zijn aantallen stegen vorig jaar wel flink, ook in steden.

Zijn dieet

  • De putter (in het dialect ‘distelvink’) eet vooral zaden van distels, kaardenbol, teunisbloem, paardenbloem…
  • Op de voedertafel kiest hij er de voederbuizen met zwart nigerzaad en zonnebloempitten uit.

Te gek!

De putter werd vroeger gehouden als kooivogel. Je kunt hem blijkbaar allerlei trucjes aanleren zoals: zich voor dood houden, een voetzoekertje aansteken, een wagentje voorttrekken …en met een miniatuuremmertje water uit een drinkbakje putten. Zo komt hij aan zijn naam ‘putter’.

Superslim

Met zijn spitse snavel kan de putter zaden bemachtigen waar andere vogels niet bij kunnen. Hangend aan stekelige distels en kaardenbollen peutert hij de zaden diep uit de zaadbollen. De rode, stugge veren op zijn hoofd beschermen hem tegen de stekels.

Kleurrijke bosbouwer: gaai

De gaai, vroeger ‘Vlaamse gaai’, lijkt wel een chique uitvoering van een duif, met felblauwe streepjes op z’n vleugel. Hij leeft in het bos, maar komt net zo graag in de tuin.

Zijn dieet

  • Insecten, kevers, rupsen en voedselrestjes.
  • In de winter ook bessen en allerlei noten.

Te gek!

Een gaai verzamelt elke herfst ongeveer 5000 eikels en stopt die in de grond als wintervoorraad. Wat hij niet terugvindt, groeit soms uit tot een nieuwe eik – zo is hij één van de beste bosbouwers.

Superslim

De gaai heeft soms last van veerluizen. Die probeert hij kwijt te spelen met een mierenbad. Met gespreide vleugels en staart gaat hij midden op een mierenhoop zitten. De mieren bespuiten de indringer met methaanzuur (‘mierenzuur’), en doden zo de luizen.

De illustraties komen uit het boek ‘Wintervogels’ van Lars Jonsson, uitg. Kosmos, € 29,99.

Tel je mee?

Op 27 en 28 januari 2018 tijdens het Grote Vogelweekend van Natuurpunt (www.vogelweekend.be)

Lees meer:

 

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."