Hannelore

Uit het hart van Hannelore: “Tuurlijk wil ik weer verliefd worden, gelukkig zijn. Maar meestal denk ik: ik mis Stijn”

Begin vorig jaar verloor Hannelore (36) plots haar grote liefde Stijn aan hartfalen. In haar columns vertelt ze elke week over haar leven als jonge weduwe met twee kinderen.

Over relaties

2019 is een jaar om te vergeten, om uit mijn hoofd en lijf te verbannen. 2019 staat te boek als het rampjaar hier, maar 2020 laat tot nu toe ook maar weinig van zijn beste kant zien. Er zijn veel mooie dagen, absoluut, maar verdriet, gemis en dat rottige virus overschaduwen de boel toch net iets vaker dan me lief is. De dagen zijn ondertussen korter geworden, het is vroeg donker en we zitten wederom met z’n allen in een situatie van veel afstand houden, uit elkaars buurt blijven en vooral: zoeken naar een manier om daar niet ongelukkig van te worden. Ik kan gelukkig stevig relativeren ondertussen, maar de letterlijke afstand die ik van vrienden en familie moet bewaren, hangt me ferm de keel uit. Huidhonger…

“Heel vaak wordt me voorzichtig gevraagd of ik er al klaar voor ben, en of het me eigenlijk wel lukt, zo alleen”

De gesprekken tussen vrienden – telefonisch, digitaal of op afstand naast elkaar wandelend – gaan de laatste weken dan ook geregeld over vriendschap en relaties. Heel vaak wordt me voorzichtig gevraagd of ik er al klaar voor ben, en of het me eigenlijk wel lukt, zo alleen. Vaak zeg ik: “Ik ben niet alleen, ik heb mijn kinderen.” Soms zeg ik: “Tuurlijk wil ik weer verliefd worden, weer gelukkig zijn. Meestal denk ik: ik mis Stijn.”

Tijdens een van die gesprekken heb ik een discussie met een vriend over online daten. De vriend zit sinds kort op een dating-app en vindt het geweldig. Ikzelf heb het gegeven ‘online daten’ nooit helemaal begrepen. De succesverhalen die ik in bladen en kranten las, vond ik altijd mooi, want het gaf aan dat het wel degelijk kan, dat mensen elkaar ook konden leren kennen in een digitale wereld. Maar het sprak me zelf niet aan en doet dat nog steeds niet.

De vriend toont me glunderend hoe alles werkt. Het is het type app waar je eerst en vooral naar de buitenkant kijkt, waar je met een veegbeweging aangeeft of je je fysiek tot iemand aangetrokken voelt of niet. Ik ben vrij handig met alles in de digitale wereld, maar voel me – ondanks mijn zesendertig lentes – ineens oud en saai wanneer ik het ‘swipen’ maar niks vind.

“Het is niet aan mij besteed”, zeg ik, terwijl ik hem zijn telefoon teruggeef.

Hij lacht. “Dat is omdat je nu naar foto’s van vrouwen kijkt, je zou anders praten als het je eigen account is en je enkel foto’s van mannen te zien krijgt.”

Ik grinnik, maar geef me toch niet gewonnen.

“Dus als het uiterlijk je tegenvalt, dan is het een ‘nee’?”, vraag ik.

Hij knikt, zegt dat dat toch logisch is.

“Maar dan mis je dus misschien iemand die wél leuk is, maar gewoon niet zo mooi”, zeg ik aarzelend.

“Tuurlijk!”, zegt hij met een brede grijns. “Een eerste klik heb je toch op basis van het uiterlijk?”

Ik beaam, aarzelend, maar haal aan dat er toch veel meer is dan dat. Dat zo’n app dan toch alleen maar een ‘vleeskeuring’ is, dat je misschien ‘nee’ zegt tegen de mogelijke liefde van je leven. Dat je je misschien niet aangetrokken voelt tot iemand tot het moment waarop jullie aan het praten slaan.

Toen ik Stijn leerde kennen, was geen van ons beide in de ander geïnteresseerd, althans niet op het eerste gezicht. Stijn viel niet in de categorie ‘mijn type’, niet qua uiterlijk, niet qua bezigheid of beroep. Ik was ook zijn type niet, dat hoorde ik later. Pas toen Stijn en ik echt aan de praat raakten – en dat was gelukkig heel snel na de eerste ontmoeting – viel eender welk ‘afvink’-lijstje meteen weg.

“Geef mij maar iemand bij wie ik honderd procent mezelf kan zijn. Dat. En humor. Graag bergen humor. Er is nu wel genoeg geweend”

“Ik denk dat ik nog liever de rest van mijn leven alleen blijf, met veel vrienden om mij heen,” zeg ik, “dan samen te zijn met iemand bij wie ik niet honderd procent mezelf kan zijn. Als het omhulsel mooi is, maar de binnenkant is leeg, dan heb je er toch niks aan?”

Heel even zie ik twijfel over het gezicht van de vriend trekken. Dan zegt hij glimlachend: “Maar je kunt ook iemand ontzettend mooi zien in zo’n app én het geluk hebben dat het ook nog klikt.”

Ik lach, zeg dat hij een punt heeft. En dat ik hoop dat hij zo iemand tegenkomt.

Als ik terug naar huis wandel, denk ik: geef mij in de eerste plaats toch maar iemand waar ik honderd procent mezelf bij kan zijn. Dat staat bovenaan mijn lijstje. Dat. En humor. O ja, graag bergen humor. Er is nu wel genoeg geweend.

LEES MEER VAN HANNELORE BEDERT:

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."