langzame liefde
© Getty Images

Langzame liefde: als de vonk niet meteen overslaat

Door Diny Thomas

Het gebeurt… liefde op het eerste gezicht. Maar niet bij iedereen: soms duurt het jaren en jaren voor je beseft dat die goede vriend of buurman de man van je leven is.

Als de liefde even op zich laat wachten

Saida is 26 jaar samen met haar vroegere buurjongen en beste vriend David

Saida (41): “In de zomer van 1989 − ik was toen negen − stond hij plots aan de deur: David, de overbuurjongen. We waren een tijdje ervoor in de straat komen wonen, en hij vroeg aan mijn mama waarom ‘dat meisje met de lange, zwarte haren dat altijd in haar slaapkamer zat, niet mee kwam spelen’.

Toegegeven: ik was een heel schuchter meisje. Ik had David en z’n vriendjes wel al vaker in het veld zien spelen, maar ik was te verlegen om op hen af te stappen. ‘Saida, kom eens naar beneden!’, riep mama. ‘Je hebt bezoek!’ Ik durfde gewoon geen nee te zeggen toen David me vroeg om mee te komen spelen. (lacht) ‘Maar, David, als jij naar huis gaat, dan breng je Saida terug thuis, oké?’, zei mama nog. Dat deed hij, elke dag opnieuw.

David heeft zich als kleine jongen altijd over mij ontfermd. Zo gingen we allebei met de fiets naar school in Zaventem – hij naar het Zavo en ik naar het atheneum, recht tegenover elkaar. Als zijn lessen vroeger gedaan waren dan de mijne, bleef hij wachten, om dan samen naar huis te fietsen. Ik denk dat de kinderen uit onze straat toen al wisten dat er meer was tussen ons, maar voor mij was het niet meer dan een hechte vriendschap. Dat dacht ik toch.

Normaal word je eerst verliefd en leer je daarna pas elkaars mindere kantjes kennen. Die fase hebben wij nooit gehad

Het was op mijn vijftiende verjaardag dat David me plots kuste. Of het me verbaasde? Ja en nee. David was mijn beste kameraad en liefjes worden was niet zonder risico, we konden een mooie vriendschap verliezen. Maar tegelijk vertrouwde ik niemand méér dan hem. David en ik zijn elkaars eerste en enige liefde. Dat we al jarenlang de beste vrienden waren, heeft onze relatie alleen maar goed gedaan. Normaal word je éérst verliefd en leer je daarna pas elkaars mindere kantjes kennen. Die fase hebben wij nooit gehad, want wij kénden elkaars ‘slechte’ gewoontes al.

En dan de schoonfamilie… Wat was ik blij dat we elkaars ouders al kenden. Geen te hoge verwachtingen, geen diepe teleurstellingen. (lacht) Het feit dat we al die jaren schuin tegenover elkaar woonden, heeft niet alleen ons, maar ook onze families samengebracht.
Vroeger waren onze ouders buren, nu zorgen ze samen voor de kleinkinderen. Zo mooi!

Het is haast niet te geloven dat we al langer dan de helft van ons leven samen zijn. Of we ons nooit afvragen hoe het met een ander geweest zou zijn? Eigenlijk niet, waarom zouden we? Nee, we zouden het niet anders gewild hebben. Zelfs zesentwintig jaar en twee kinderen later. (lacht) Mijn beste vriend is nu mijn man, en mijn man… die is nog steeds mijn beste vriend.

Ze waren 11 toen ze elkaar leerden kennen, maar pas op haar 19de bezweek Lieve voor de charmes van Wim

Lieve (50): “Het was in de catecheselessen dat Wim en ik elkaar voor ’t eerst zagen en blijkbaar wist hij toen al dat ik zijn ware was. (lacht) Dat hij een oogje op me had, daar maakte hij geen geheim van. Ging ik met de fiets naar huis, dan was hij er ook altijd. Dan stak hij me voorbij, bleef wat verderop wachten tot ik gepasseerd was, om me dan wéér in te halen. Zonder ook maar één woord te zeggen. Aandoenlijk, maar ook wel een beetje vervelend. (lacht)

Na onze plechtige communie had ik niet verwacht dat we elkaar nog dikwijls gingen zien, maar een tijdje later bleek dat we meer gemeen hadden dan ik eerst dacht: ik zag hem terug in het koor, het jeugdhuis en in Kring 13, een jeugdwerking. Omdat we na de schooluren continu samen waren, werden we de beste vrienden. Gingen we naar een fuif in het jeugdhuis, dan bracht hij me midden in de nacht weer naar huis – en ging hij nadien gewoon verder dansen. (lacht) Hij hielp me zelfs meermaals aan een lief, maar uiteindelijk vond hij geen enkel vriendje goed genoeg.

Wim hielp me zelfs meermaals aan een lief, maar uiteindelijk vond hij geen enkel vriendje goed genoeg

Dat Wim al die jaren hoopte op meer, wist ik goed genoeg. Ik was een jaar of zeventien toen hij me voor ’t eerst kuste, tijdens een concert van Rob de Nijs. Hij had zich strategisch achter mij gezet. Achteraf had ik spijt. Niet van de kus op zich, maar ik wilde onze hechte vriendschap niet zomaar op het spel zetten. Dat begreep hij wel, al hield hem dat niet tegen om het de zomer nadien gewoon opnieuw te proberen. En de zomer daarna.

In oktober 1990, nadat ik hem al drie keer had ‘afgewezen’, besliste hij om tijdens het beachweekend in het jeugdhuis een laatste poging te doen. Het heeft lang geduurd, maar op dat moment besefte ik dat ik hem niet mocht laten schieten. Wim en ik zijn vijf jaar later getrouwd, van ‘thuis uit’. De huwelijksnacht was meteen onze eerste nacht sámen.

Als ik dat nu vertel, dan krijg ik dikwijls de vraag: ‘Wat deden jullie al die jaren dan als koppel?’ (lacht) Wel, onze liefde zat in de kleine dingen. Zo heeft hij me vaak op z’n brommer opgewacht aan het station in Aalst, met een appelflap in zijn hand, omdat ik dat zo graag at. En als we naar huis gingen, mocht ik altijd inhaken om zelf niet te moeten trappen. Gewoon samen zijn, dat was genoeg.

‘En wat als het samenwonen niet had gemarcheerd?’ is dan de tweede vraag. Maar Wim en ik kenden elkaar al zó goed, dat we wisten wat we mochten verwachten. Natuurlijk hebben we weleens gevloekt op elkaar, zoals die keer dat Wim de diepvriezer had uitgetrokken toen we op weekend gingen, terwijl ik die net helemaal gevuld had. Maar als je elkaar goed kent, praat je zulke dingen snel uit.

Of ik spijt heb dat ik Wim niet eerder een kans heb gegeven? Helemaal niet. Het heeft de band tussen ons alleen maar sterker gemaakt. Vrienden noemen ons niet voor niets Nicole en Hugo. Want waar Wim is, daar ben ik, en waar ik ben, daar is Wim.

Ronny was jarenlang de buurman van Sandra, maar nadat ze allebei een scheiding achter de rug hadden, sloeg de vonk over

Sandra (48): “In 1998 kwam ik naast Ronny wonen en als buren klikte het meteen. Dat ik enkele jaren later hopeloos verliefd zou worden op hem, had ik nooit gedacht. Hoewel hij zich tegen mij altijd sympathiek gedroeg, vond ik ’m soms toch wat streng. Dan hoorde ik hem tot in mijn keuken foeteren op de hond, die het weer eens geriskeerd had om in het gras te spelen. Het gazon, dat was heilig voor Ronny.

Hij was ook tien jaar ouder dan ik. Bovendien had ik een vriend en was ook hij gelukkig met zijn vriendin en twee pluskinderen. Ronny was de buurman, niet meer en niet minder. Een tijdje later gingen de buren uit elkaar. Dat vond ik spijtig, want ik vond hen een mooi koppel. Ik was wel opgelucht toen Ronny vertelde dat hij in het huis zou blijven wonen, want goede buren zijn nu eenmaal zeldzaam.

Toen ik enkele maanden later een onbekende dame in zijn keuken zag zitten, stond ik achter mijn raam nog hevig voor hem te supporteren: ik woonde in een bel-etage en ik had een perfect uitzicht. (lacht) Wat was ik blij voor hem dat hij de liefde weer had gevonden, al is die relatie niet blijven duren.

En maar goed ook, want toen ook mijn relatie een jaar of twee nadien spaak liep, sloeg de vonk tussen Ronny en mij al snel over. Heel onverwachts werd ik verliefd op de buurman. Het was zo intens, dat ik op den duur niet meer helder kon nadenken. Ik stond ’s morgens vroeger op om vanuit mijn veranda naar hem te kijken, hopend dat onze blikken elkaar zouden kruisen. En als ik hem zag opstaan, repte ik me naar buiten om aan de garagepoort snel even te zwaaien. Elk excuus was goed om bij hem langs te gaan. Ik heb meerdere films van hem geleend, zonder ze te bekijken. (lacht)

Na de eerste kus vielen alle twijfels weg: het was liefde

Maar na een tijdje sloeg de twijfel toe: was ik echt verliefd of hield ik gewoon van de spanning? Het zoeken naar zijn aandacht? Na de eerste kus wist ik het wel zeker: het was liefde. Als ik vertel dat ik een relatie heb met mijn vroegere buurman, kijken de mensen soms raar op. Toen ik mijn huis verkocht, kwam er een koppeltje kijken en ze vroegen waarom ik er weg wilde. ‘Wel, mijn vriend en ik zijn al een tijdje uit elkaar. Ik woon nu een huis verder.’ Ik zag ze afkeurend kijken. Daar schrok ik van. Het is toch niet omdat ik een relatie heb met mijn vroegere buurman dat het sowieso met een affaire begonnen is?

Gelukkig hebben mijn ex-vriend en mijn zoon zoiets nooit gedacht. Zij kenden Ronny al, en ze wísten goed genoeg dat er nooit eerder wat had gespeeld tussen ons. Na zestien jaar is iedereen het inmiddels ook gewend. Ze zien dat Ronny en ik gelukkig zijn samen, en dat is wat telt.”

Lees ook:

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."